De Carrière van Piet Van Roe

Een uur nadat Mary buitengeschopt was bij de VRT, deed deze grap al de ronde in de gangen van de Reyerslaan: “Moet Mary bang zijn voor zijn toekomst? Neen. Waarom niet? Hij heeft een schitterende advocaat. Zijn zoon is gespecialiseerd in de verdediging van boeven.” Dus exit Mary en welkom Piet van Roe. En daarmee maakt de platte vriendjespolitiek haar entree.

Ik vond het al vreemd dat Luc van der Kelen een maand geleden in Het Laatste Nieuws de kop van Mary eiste. Dat doet men niet tussen broeders, tenzij de gelukkige een Antwerpse broeder is. Het zegt iets over de onnozelheid of de onbekwaamheid van Geert Bourgeois en zijn kabinet dat ze zich een partij-apparatsjik laten opdringen, tenzij de Verhofstadt-lakeien in de Vlaamse regering, Moerman en Van Mechelen, alleen op deze voorwaarden de kop van Mary op het kapblok wilden leggen. En natuurlijk konden zij de verzekering geven dat een partijman als Van Roe zich zou neerleggen bij de nieuwe beheersovereenkomst. Maar zelfs dan is het ontluisterend dat een minister van de NV-A iemand uit de stal van een partij van PS-collaborateurs aanvaardt.

Piet Van Roe begon in 1962 als journalist bij de toenmalige VRT. Toen hij zeven jaar geleden met pensioen ging, gaf hij iedereen op televisie een boekje met als titel “De kijker heeft altijd gelijk”. Hij schrijft erin: “Ik had snel door dat je om bij de openbare omroep door te groeien best bij een grote politieke familie behoorde.” Hij werd in 1973 gemeenteraadslid in Antwerpen, later fractieleider van de liberalen in de gemeenteraad en zelfs PVV-voorzitter van ‘’t stad’. Hij had natuurlijk de tegenslag dat zijn partij heel de tijd in de oppositie zat zodat er geen schepenambt in zat. Hij was ook persattaché op het kabinet van Declercq toen die vice-premier en minister van Financiën was in de beruchte regering Leburton. Hij was dus een collega van zijn voorganger als TV-baas, Bert Hermans, want die zat op het kabinet bij Leburton. De ultieme beloning vanwege de partij kreeg Van Roe echter niet. In 1993 verloor hij de sprint om het gouverneurschap van Antwerpen toen Camille Paulus als eerste over de eindstreep reed.

Maar bij de gepolitiseerde omroep kon het niet beter gaan. Hij werd redactiesecretaris en later hoofdredacteur bij het radionieuws. Tot woede van vele omroepmensen die vonden dat het niet paste dat een partijcoryfee van de grootste stad van Vlaanderen over de objectiviteit van de nieuwsberichten moest oordelen. Over één functie vind je in de persgegevens niets terug. Hij werd tenslotte de baas van de dienst Gastprogramma’s die toen nog rijkelijk het scherm teisterden. We zeiden toen dat regiesecretaresse Joske een assistentje kreeg dat volgens haar ijverig en minstens een dag per week op kantoor verscheen om wat handtekeningen te zetten. Toen iemand kwam vragen om voor hem een cassette in een videotoestel te stoppen, heb ik – beleefd en vriendelijk zoals altijd – gezegd dat politiek aangestelde clowns dat maar zelf moesten leren en de boodschap is hem woordelijk overgemaakt. Lang duurde dat intermezzo niet want hij werd vlug directeur van de Werelduitzendingen.

Van Roe bereikte in 1986 het hoogste wat een liberaal bij de BRTN kon binnenrijven: directeur-generaal radio (TV was het speeltje van de socialisten en de administrateur-generaal was voor de CVP). Hij volgde een andere liberaal op: Jos op de Beeck, die jarenlang de filmdienst op TV had geleid en dat combineerde met zijn echte baan als aannemer van openbare werken. Het moet gezegd worden dat Van Roe een en ander op de radio verwezenlijkte. Hij kende geen snars van radio maken maar hij wist wel wat hij wilde. De anarchie van iedereen doet maar waar hij zin in heeft, stond hem niet aan. Dus begon hij tegen de kar te rijden van vele programmamakers die vonden dat de luisteraars gebaat waren bij een zo intensief mogelijke uitdieping van hun hoogst persoonlijke hobby’s. Vooral de jongens van Radio 1 en Radio 3 excelleerden. Roland van Opbroecke las persoonlijk de namen van de 300 gemeenten voor die niet akkoord waren met Willem I. Freddy de Vree en Hugo Claus gingen op kosten van de belastingbetaler naar Mexico en lazen vervolgens uren lang artikels uit een encyclopedie voor. Van Roe zei dat ieder net een bepaald soort luisteraar moest aanspreken. De programma’s moesten de luisteraar volgen in plaats van omgekeerd.

Zijn grootste verdienste was de in het geheim voorbereide oprichting van Radio Donna. Met VTM begon de commerciële omroep aan de opmars en als compensatie kreeg de openbare omroep radioreclame. André Leyssen en zijn VUM – die koudwatervrees hadden voor commerciële tv – misten die boot, maar met de radioreclame werden ze ruimschoots gecompenseerd. De VUM richtte tezamen met de omroep een bedrijf op: de Vlaamse Audiovisuele Regie (VAR) die binnen de korst mogelijke tijd ademloos meedeelde dat veel bedrijven met goud stonden te zwaaien om radiospotjes te betalen maar dat er gewoon geen ruimte genoeg was om ze te plaatsen tenzij men de programma’s zou vervangen door reclame, hetgeen nogal moeilijk lag.

Van Roe dacht diep na en toverde een konijn uit zijn hoed: ‘de laagopgeleide jongeren’ hadden nog geen eigen kanaal en dat werd Donna en dus kwam er ruimte, veel ruimte voor nieuwe reclame en kassa voor de VAR. En raad eens wie er lid van het directiecomité van de VUM werd na zijn pensioen? Juist. Maar ere wie ere toekomt. Je kon jarenlang geen bouwwerf passeren zonder het geleuter van Donna te horen. Van Roe werd er zelfs “marketeer van het jaar” mee in 1993. Twee jaar later stortte het oude systeem in elkaar en Van Roe was de enige van het oude bestel die ervan profiteerde. De Graeve kwam en stelde hem na diepgaande studie aan als nieuwe TV-baas. Geen hond bij de VRT geloofde dat sprookje want het was te opvallend dat de VLD, hoewel in de oppositie, bijzonder goed had meegewerkt in het Vlaamse parlement.

Iedereen was er zeker van dat de aanstelling van Van Roe op voorhand bekokstoofd was. De twee heren hadden wat men bij de omroep ‘hoerenchance’ noemde. “Schalkse Ruiters”, een initiatief van de weggepensioneerde Ceuleers, zette de openbare omroep weer op de eerste plaats en tezelfdertijd stortte VTM als een kaartenhuisje in elkaar toen Van Thillo en Co de commerciële omroep begonnen leeg te melken ten voordele van de aandeelhouders. Hij omringde zich onmiddellijk met partijvrienden, onder wie ene Sylvain Peeters, wiens voornaamste verdienste erin bestond dat hij getrouwd was met het brave nichtje van de vroegere VRT-voorzitter Verhulst die hij sindsdien is opgevolgd als voorzitter van het Willemsfonds.

In mijn eigen dienst werden we geconfronteerd met de liberale vriendjeskliek tijdens de affaire die tot het ontslag van Emiel Goelen leidde. Van Roe vroeg en eiste de kop van Goelen wegens zogenaamde corruptie. Goelen werd er o.a. van beschuldigd reizen van Jet-air te hebben ontvangen. Goelen had wel degelijk betaald en kon de facturen tonen, maar zijn medewerkster Rita van Neygen had heel wat minder scrupules en gaf toe dat ze een en ander had “gearrangeerd” voor zichzelf. Maar Van Neygen had jaren lang Librado, het gastprogramma van de liberalen gepresenteerd en daarenboven was ze getrouwd met een lid van de bende van de Stalen Bloempot (met dank aan Willy Vandersteen) zoals ik tot hun razernij het janhagel van de irreguliere loges noemde. Dus koos Van Roe voor de logische oplossing: Goelen moest opstappen want hij had maar moeten verhinderen dat Van Neygen een en ander accepteerde maar het lieve liberale wicht mocht uiteraard blijven. Natuurlijk is dit maar een detail (zij het niet voor Goelen) maar het tekent wel de mentaliteit van de nieuwe gedelegeerde bestuurder.

Belangrijker voor de Vlaamse kijker was het feit dat Van Roe ook met zijn profielen op de TV inhakte want daar zaten eveneens nogal wat mensen die hun eigen interesses met die van de kijker verwisselden. Hij engageerde de huidige TV-baas Aimé van Hecke als “strateeg” omdat die de VRT-progammamakers al jaren bestookte met allerlei modellen. Die aanvaardde dat graag, naar verluid tegen 600.000 frank per maand voor twee dagen werken per week + bureau + secretaresse Anita.

De combinatie van geluk en hard werk werd een succes en Van Roe kon dan ook tevreden met pensioen gaan in 1999. Hij werd de dynamische voorzitter van Podium Perception Management, een adviesbureau geleid door Patrick Deroost van het vroegere Lenders-Deroost dat van Piet de Donna-campagne mocht uitvoeren. Amper was Van Roe voorzitter en Podium kon haast direct een opdrachtje van 1.845.000 frank binnen rijven om te zien of de omroep… niet wat minder reclame moest uitzenden. Carl Decaluwé maakte zich boos in het Vlaams parlement over dit kras staaltje van... ja van wat feitelijk, want Van Roe was niet langer personeelslid VRT.  Toenmalig media-minister Van Mechelen haalde eens zijn schouders op en was waarschijnlijk nu de man die Van Roe uit de mottenbollen haalde om een paar jaar rust in en rond de openbare omroep te verwezenlijken.