Een ‘Broodje Buffel’ of een Lans Breken voor Dirk Vijnck?
From the desk of Frank Thevissen on Tue, 2009-05-12 15:53
Na de wansmakelijke affaire Dirk Vynck blijven de gifgroene dampen uit het politieke bedrijf opstijgen. Politici zijn elke verkiezing opnieuw gebrand om het thema van de verkiezingen naar hun hand te zetten. Ze kunnen die ambitie rustig opbergen, want de ranzige politiek die met de affaire Vijnck is komen bovendrijven is allesoverheersend geworden: ze verpest niet alleen de pre-electorale sfeer, maar ze ondermijnt ook compleet de geloofwaardigheid van de meeste toch al buitengewoon fletse en inspiratieloze campagnes die politici dezer dagen langs wegen, op pleinen en in brievenbussen voeren. LDD en Open VLD hebben schaamteloos hun proeve van ongebreidelde politieke hypocrisie bij het publiek dik in de verf gezet. Sommigen hebben daarmee wellicht ook een deel van hun ware politieke identiteit prijsgegeven die doorgaans zorgvuldig verborgen blijft achter een opgetrokken scherm van routineus ingestudeerde en georchestreerde mediaoptredens. Qua transparantie kon deze affaire dus tellen. Ze geeft een heleboel prijs over het politieke personeelsbeleid en de zeden en gebruiken die bij sommige partijen als een sluipend gif de politieke bedrijfscultuur zijn binnengedrongen.
Mea Culpa
De manier waarop verschillende betrokkenen de zaak vervolgens hebben trachtten te relativeren of zelfs vergoelijken maakte de affaire uiteindelijk alleen nog pijnlijker en potsierlijker. De reputatieschade reikt ondertussen ook verder dan LDD en Open VLD: ze heeft nog maar eens een flinke knauw uitgedeeld aan een snel imploderend vertrouwen in de politieke klasse.
En terwijl de betrokkenen hun wonden likken en een ingestudeerde mea culpa slaan, zal de illustere Dirk Vijnck - de figurant die met 5000 euro campagnegeld van het café, het parlement inrolde en hoofdfiguur werd in een groezelige politieke vaudeville - voor de rest van zijn dagen met het etiket van ‘broodjesman’ door het leven stappen. Dat is alvast prijs die hij betaalt voor het opportunisme van de hoge heren van de politiek, die van hem een gewillige speelbal maakten in een vuil, opgezet politiek spel. Vijnck werd ondertussen op een ronduit ordinaire en aanstellerige manier ook nog eens aan de journalistieke schandpaal genageld, met als voornaamste schietschijf; zijn IQ. Dat moest vooral nog eens vet onderlijnd worden in de media, die met grote bereidheid klaarstonden om politici in dat modderbad te laten duiken. Vijnck moest zich daarbij hoon, spot, vernederingen en ordinaire beschimpingen laten welgevallen, van ‘broodjesdrager’, ‘analfabeet’ tot ‘onbeduidende figuur’ (jawel, we citeren uit de kwaliteitspers). De Standaard plaatste zelfs een – toegegeven – geslaagde, jolige Facebook-persiflage van de parlementair op haar website met de overbodige vermelding ‘Ceci est une fiction’. Maar ook dat ogenschijnlijk onschuldig leedvermaak illustreert uiteindelijk weinig meer dan een puberale journalistieke reflex ten aanzien van een weinig weerbare persoon - en dus makkelijk slachtoffer. Er was in Vlaanderen nauwelijks een medium te bespeuren dat vijf minuten journalistieke moed opbracht om Vijnck in bescherming te nemen en de pijlen van verontwaardiging af te vuren op de enige juiste plek; namelijk bij de regisseurs van deze smakeloze vaudeville bij LDD en Open VLD.
Journalistieke relevantie
Als de man dan toch zo manifest onbekwaam is – en wie is in staat daar na de overdaad aan denigrerende kwalificaties nog een ander beeld over vormen? - dan hebben de intelligentia van de toppolitiek daar schaamteloos en gretig misbruik van gemaakt. In die zin ontgaat mij volkomen de relevantie van de talloze journalistieke inspanningen om de figuur van Dirk Vijnck publiekelijk te schofferen en te verketteren. Hoe haal je het trouwens in je hoofd een zwakke leerling in een eliteschooltje binnen te lokken, om hem dan vervolgens te matrakkeren voor zijn gebrekkig soortelijk intellectueel en inhoudelijk soorlijk gewicht? De zogenaamde intelligente heren van de politiek, de witte ridders en de Robin Hoods uit de Wetstraat presteerden met hun onverantwoord handelen en belabberde communicatieprestaties in deze zaak immers nog ver onder het intelligentieniveau van de beschimpte Dirk Vijnck.
Quantité négligeable
Maar alsof dat niet volstond, kregen ze daarbij ook nog de bereidwillige steun van een horde hongerige journalisten die zich met onverdroten ijver en zichtbaar of leesbaar genot mee uitsloofden om Vijnck persoonlijk met pek en veren te komen overgieten en de man in hun kolommen aan het publiek te serveren als een ‘broodje buffel’. Het leverde niet alleen pijnlijke, maar vooral ook beschamende journalistieke portretteringen op. De manier waarop een journalistieke tafelgast zich bij Phara uitputte in rondjes ‘Vijnck-bashing’ was enkel goed voor plaatsvervangende schaamte, maar was vooral compleet naast de kwestie. Ja, Dirk Vijnck is politiek gewichtloos en in die zin ‘quantité négligeable’, maar daarmee begint en eindigt ook zowat de rol die deze figuur in hele de affaire speelde. Op sleeptouw genomen door een handvol doorwinterde, gehaaide politici die een kapitaal aan politiek inzicht, ervaring en verstand vertegenwoordigen - sorry, zouden moeten vertegenwoordigen - maar op al die terreinen compleet verstek lieten gaan.
Afrekeningscultuur
De zin van de vernedering van de figuur van Dirk Vijnck en de buitensporige journalistieke etalage die daarvoor werd opengestald ontgaat elk mens met elementair gezond verstand. Het getuigt niet alleen van een mateloze arrogantie, maar vooral van stuitende domheid bij de inschatting en evaluatie van de hele affaire.
Maar er is natuurlijk een aanwijsbare reden voor deze blinde vorm van gepersonaliseerde, journalistieke afrekeningscultuur. De politieke journalistiek bekwaamt zich nu al jaren in de verenging van het genre tot een verschijnsel waarbij ‘kreten en gefluister’ de maatstaf dreigt te worden voor politieke berichtgeving, analyses en commentaren. Er is geen enkele journalistieke categorie te bedenken waar er dermate gretig gekoketteerd, gefulmineerd en afgerekend wordt met personen dan in de politieke journalistiek, of het zou de derderangs celebrity-journalistiek moeten zijn. Voor een aantal politieke journalisten betekent de afrekening met bepaalde personen blijkbaar het toppunt van professionele voldoening. Niemand hoeft een lans te breken voor Dirk Vijck: de man heeft alles behalve een heldendaad verricht met zijn onverkwikkelijk politiek geschuifel, maar onbekwaamheid - want dat was toch de eensluidende term die zowel bij politici als de journalisten viel te rapen - die slachtoffer wordt van politiek opportunisme en exploitatie die met het volle verstand op topniveau wordt beraamd, verdient in de kolommen van de kranten en op het scherm iets anders dan een levenslange aantasting van de integriteit van de persoon.