De Vlaamse Regeringsvorming
From the desk of Filip van Laenen on Sun, 2009-06-14 15:49
De vorming van een nieuwe Vlaamse regering verloopt moeilijker dan velen had gedacht vóór de verkiezing. Een verderzetting van de huidige coalitie van CD&V, Open Vld en sp.a zonder veel boe of ba werd door de Vlaamse kiezer politiek onmogelijk gemaakt. Eén reden daarvoor is de enorme verkiezingsoverwinning van de N-VA, een andere de onverwachte achteruitgang van de Open Vld. En vooral die laatste partij lijkt op dit ogenblik voor de meeste problemen te zorgen om tot een snelle regeringsvorming te komen.
Wie zijn de kandidaten om in de volgende Vlaamse regering te stappen? Vooreerst is er de CD&V, die op dit ogenblik praktisch incontournable is in Vlaanderen. Hoewel de partij historisch gezien een slechte verkiezing achter de rug heeft, met een aanhang van minder dan een kwart van de kiezers, leeft de perceptie dat de partij het goed gedaan heeft en een overwinning boekte. Oorzaak daarvoor is misschien vooral dat de partij afgetekend de grootste werd in Vlaanderen, wat niet bepaald in de lijn der verwachtingen lag vóór de verkiezingen.
Volgende kandidaat is de sp.a. Na de verkiezingen van 2007 zorgde de partij er door haar stuntelige houding zelf voor dat ze federaal in de oppositie belandde, en intern lijkt die gang van zaken nog steeds niet helemaal verwerkt. Ook dit jaar behaalde de partij een slecht resultaat in de verkiezingen, maar gedraagt ze zich veel rustiger om een herhaling van het scenario van 2007 te kunnen voorkomen. De partij heeft er duidelijk geen zin in om ook op regionaal niveau op de oppositiebanken te belanden, en weet zich in het ACW een sterke bondgenoot om te verhinderen dat de volgende Vlaamse regering een centrum-rechtse zou worden. De kans dat de sp.a geen deel zou uitmaken van de regering-Peeters II is dan ook miniem.
Iets moeilijker ligt het voor de N-VA. Op sociaal-economisch vlak zit de partij heel dicht bij de CD&V, en ook het voetvolk van die laatste partij heeft nog steeds veel sympathie voor de troepen van Bart de Wever. Aan de top van de CD&V is die sympathie echter al een pak minder uitgesproken omwille van het kartelverleden, en zit men met de verkiezingsuitslag van de N-VA zeer verveeld. Het allergrootste probleem is dat de N-VA het afgelopen jaar bewezen heeft dat het niet te lijmen valt met een paar ministerportefeuilles, en er niet bang voor is een regering te verlaten wanneer aan haar minimumeisen niet voldaan wordt. Dat die minimumeisen ook een groot deel van de CD&V-achterban beroeren, en bovendien behoorlijk klaar en duidelijk zijn, helpt de zaak ook al niet vooruit. Een Vlaamse regering waarin de N-VA strikt noodzakelijk is zou de CD&V op federaal vlak vrijwel onmiddellijk in een bijzonder oncomfortabele positie brengen. Anderzijds, een Vlaamse regering zonder N-VA ligt politiek moeilijk, ook bij de eigen achterban, en kan beschouwd worden als een waterdichte formule voor een nieuwe N-VA-overwinning in 2011 ten koste van de CD&V. De beste oplossing voor de CD&V zou zijn dat de N-VA deelneemt aan de Vlaamse regering zonder daarvoor strikt noodzakelijk te zijn, of dat de N-VA zichzelf onmogelijk zou maken tijdens de komende onderhandelingen. Bij de N-VA moeten ze zich dan weer afvragen of ze echt willen meedoen aan een Vlaamse regering waarin ze niet strikt noodzakelijk zijn, en welke eisen ze vooral aan de CD&V dienen te stellen om aan het einde van de rit niet als nuttige idioten afgeschilderd te worden.
Blijft nog de Open Vld. Die partij deed het afgelopen zondag zo slecht, dat partijvoorzitter Bart Somers ontslag genomen werd nog voor de helft van de stemmen geteld was. Sindsdien heeft Guy Verhofstadt voorlopig het roer overgenomen, maar een erg stabiele indruk heeft de partij de afgelopen week niet gemaakt. Eerst dreigde de partij ermee uit de federale regering te stappen indien ze aan de Vlaamse regering niet mocht meedoen, maar dat dreigement werd ondertussen weer ingeslikt. Nu eist de partij weer spijkerharde garanties over de staatshervorming, nog voor een Vlaamse regering gevormd wordt, en wijst tegelijkertijd de gemeenschapsdialoog af. Men kan dit op z'n minst een opmerkelijk eis noemen van een partij die twee jaar geleden nog pleitte voor een federale noodregering met een louter sociaal-economisch programma (en een week later die eis weer omformuleerde). Ook de combinatie van de eis tot spijkerharde garanties vóór de Vlaamse regeringsvorming aan de ene kant en een waarschuwing dat er aan Vlaamse zijde toegevingen zullen gedaan moeten worden aan de andere kant roept vraagtekens op. Bovendien heeft de partij inhoudelijk geen communautaire eisen, wat het niet bepaald gemakkelijk maakt om garanties te geven dat aan die eisen voldaan zal worden. Of toch: de partij pleit voor een federale kieskring, samenvallende verkiezingen, een onderhandelde oplossing voor Brussel-Halle-Vilvoorde, en vindt in ruil een uitbreiding van Brussel en een wijziging van de taalwetten bespreekbaar.
De vraag moet dus gesteld worden wat op dit ogenblik de Open Vld drijft. Is de verdwazing en de wereldvreemdheid van Guy Verhofstadt en de rest van de Open Vld-top zo groot, dat ze denken de N-VA in snelheid te kunnen pakken en de CD&V met een hele reeks Vlaamse toegevingen op te zadelen? Gaat het om een politiek spelletje om de N-VA zo snel mogelijk uit te schakelen, zodat de staatshervorming daarna weer zo snel mogelijk begraven kan worden? Of is de persoonlijke rancune van Guy Verhofstadt tegenover de CD&V nog steeds zo groot dat hij na Yves Leterme nu ook Kris Peeters probeert te kraken, desnoods ten koste van zijn eigen partij (en de carrière van Karel de Gucht, die, als dit spelletje misloopt, riskeert te zullen moeten fluiten naar dat postje van Europees commissaris later dit jaar)? Uiterlijk lijkt het in ieder geval dat de rede zoek is bij de top van de Open Vld, want na de desastreuze verkiezingsuitslag van verleden zondag heeft de partij eigenlijk weinig te winnen met een lange Vlaamse regeringsonderhandeling, en in uiterste consequentie een nieuwe, federale stembusgang in de herfst van dit jaar. Meer zelfs, het heeft vooral veel te verliezen: een pak stemmen, zetels, ministerpostjes, en daarmee ook veel geld, macht en invloed. Blijft de Open Vld haar obstructiepolitiek verderzetten, gaan we in ieder geval nog enkele interessante weken tegemoet.