Laat niet Brussel, maar de Hoop op Exclusiviteit Erover Los!

BrusselDe Crols-doctrine, zoals die verleden maand door Frans Crols verdedigd werd op de IJzerwake, zorgde voor heel wat beroering, niet alleen binnen de Vlaamse Beweging, maar ook daarbuiten. Maar schiet de Crols-doctrine, kort samengevat als «Wij laten Brussel los», niet iets te veel door in de juiste richting?

Op dit ogenblik domineren twee doctrines het debat binnen de Vlaamse Beweging: de Crols- en de Maddens-doctrine. Objectief bekeken kan men echter niet anders dan vaststellen dat beiden een zwaktebod inhouden, en Vlaanderen nog steeds geplaagd zit met een minderwaardigheidscomplex tegenover de Franstaligen. Inderdaad: simplistisch voorgesteld houdt de Crols-doctrine in dat Vlaanderen haar hoofdstad moet opgeven om eindelijk aan te durven de onafhankelijkheid uit te roepen, terwijl de Maddens-doctrine zegt dat Vlaanderen van de communautaire dialoog weg moet blijven tot de Franstaligen om nieuwe centen vragen. Het probleem met die laatste doctrine is echter dat zolang Vlaanderen van de communautaire dialoog wegblijft, de Franstaligen elk jaar enorme bedragen geld toegestopt krijgen via de federale solidarité –«solidariteit» kan men dat immers bezwaarlijk noemen–. Ondertussen gooien de Franstaligen in hun eigen Gewest en Gemeenschap het geld langs deuren en vensters naar buiten in de gewisse zekerheid dat Vlaanderen vroeg of laat via de federale begroting wel zal bijpassen. Van een Vlaanderen dat assertief is, initiatief neemt en niet met zich laat sollen is daarmee absoluut geen sprake, iets wat overvloedig geïllustreerd wordt in het dossier-Brussel-Halle-Vilvoorde.

De Maddens-doctrine schiet echter te kort om de eenvoudige reden dat als de Vlaamse politici de ruggengraat zouden hebben om haar uit te voeren, ze meteen ook totaal overbodig zou zijn. Die politici zouden dan immers ook de ruggengraat hebben om niet met de klak in de hand bij de Franstaligen te gaan bedelen naar wat hen rechtmatig toekomt, zoals de Plantentuin van Meise om maar één voorbeeld te noemen. Anderzijds kunnen er toch wel enkele vraagtekens geplaatst worden bij enkele punten die Frans Crols aanhaalde in zijn toespraak. Dat Vlaanderen Brussel als woongebied al lang kwijt is, is inderdaad een feit, maar de bewering van Mark Grammens dat Vlaanderen aan Brussel niet veel meer verliest dan wat bakstenen en architectuur is naar mijn mening niet correct. Vlaanderen verliest aan Brussel veel meer, namelijk ook veel staal, glas en beton. Een korte wandeling in de buurt van het Noordstation –aan de ene zijde, niet aan de andere– leert dat Vlaanderen hier en daar in Brussel zeer nadrukkelijk aanwezig is en ondanks alles toch nog één en ander te verliezen heeft.

Wat meer is, indien het Vlaams Parlement de Crols-doctrine zou volgen, zou het waarschijnlijk voor een unicum in de geschiedenis zorgen. Welk ander volk zou het Vlaanderen al voorgedaan hebben: eenzijdig de onafhankelijkheid uitroepen in de eigen hoofdstad, die prompt buiten het eigen pas onafhankelijke land gelegd zou worden? Alsof de Timorezen in 2002 hun hoofdstad Dili aan Indonesië cadeau zouden gedaan hebben bij hun EVO! Alsof de Schotten nog maar zouden overwegen Edinburg af te staan aan Engeland. Neen, als er één ding duidelijk is, dan wel dat Vlaanderen zich in zo'n geval voor de hele wereld onsterfelijk belachelijk zou maken. Of zou het Vlaams Parlement vóór de EVO een EVT moeten stemmen, een Eenzijdige Verklaring van Terugtrekking, om in Mechelen te gaan resideren? Dit eenvoudige praktische gevolg toont aan dat er toch iets niet helemaal juist zit met de Crols-doctrine.

De denkfout die Frans Crols m.i. maakt, is dat Vlaanderen wat Brussel betreft slechts twee keuzes ter beschikking zou hebben: Brussel vasthouden, of Brussel volledig loslaten. Er bestaat echter ook een derde keuze, die verdedigd wordt door Bart de Wever, maar die jammer genoeg niet voldoende uit de verf komt. Vlaanderen hoeft Brussel niet los te laten, maar wel de hoop op een exclusiviteit erover. Heeft het er iets mee te maken dat die derde keuze voorlopig nog niet samengevat werd in een korte en krachtige slogan, maar telkens weer verpakt zat in een lange uitleg met veel nuances en moeilijke woorden? Een condominium bijvoorbeeld, waar Bart de Wever het over heeft, wat moet een mens zich daar eigenlijk bij voorstellen?

Wikipedia definieert een «condominium» als een staat van gedeelde soevereiniteit. Andorra is een voorbeeld van een hedendaags condominium, al blijkt dat in de praktijk vooral een symbolisch condominium te zijn. Een ander voorbeeld is Neutraal Moresnet, door artikel 32 van het Verdrag van Versailles in 1919 trouwens integraal bij België gevoegd, maar qua oppervlakte en bevolking amper te vergelijken met het hedendaagse Brusselse Gewest. Misschien levert het Brčko-district in Bosnië-Herzegovina meer inspiratie op, al loopt ook hier de vergelijking mank. Het district wordt weliswaar niet gedeeld door twee soevereine staten, maar maakt wel tegelijk deel uit van de Moslim-Kroatische Federatie en de Servische Republiek. In de praktijk geniet het gebied echter een grote vorm van zelfbestuur, en staat het onder het toezicht van een zogenaamde Internationale Supervisor.

Volgende vraag is hoe zo'n Brussels condominium eruit zou kunnen zien. Naast Vlaanderen, Brussel zelf en Wallonië (of Frankrijk als Wallonië aansluiting zou zoeken), is ook de Europese Unie betrokken partij in Brussel. Wat Vlaanderen betreft zal het dan belangrijk zijn over politici en onderhandelaars te beschikken die zich niet van bij het begin al ondergeschikt maken aan de Franstalige tegenpartij(en). Die politici en onderhandelaars zullen er trouwens zelf voldoende van overtuigd moeten zijn dat Vlaanderen wel degelijk over een heel deel historische, sociaal-economische en geografische rechten beschikt in Brussel, en de wil bezitten om die rechten ook effectief te laten gelden.

Wat in ieder geval een misstap zou zijn, is zoals Gerolf Annemans geloven dat als we Brussel tijdelijk loslaten, het wel vanzelf, ja zelfs «op de knieën», zou terugkeren naar Vlaanderen. Hij haalt daarvoor economisch en geografische redenen aan, maar ik zou daar toch raciaal-religieuze redenen tegenover willen stellen. Mijn vrees is dat een onafhankelijk Brussels Gewest versneld zou evolueren tot een volledige failed city state. En wat we vandaag meemaken in Molenbeek en Kuregem is daar trouwens slechts nog maar een voorafspiegeling van. Indien Brussel onafhankelijk zou worden, is de vraag niet hoe lang het zou duren eer het zelf weer om aansluiting bij Vlaanderen zou vragen, maar wel wanneer en in welke wijken de sharia niet alleen de facto maar ook de jure afgekondigd zal worden. Ik zie dan ook Brussel nog eerder aansluiting zoeken bij Marokko dan bij Vlaanderen. Of dat op middellange termijn ook aanvaardbaar zal zijn voor de Europese Unie, is een andere zaak, maar misschien al bij al nog niet eens zo heel relevant. Relevanter zal onwaarschijnlijk de mening van de VS zijn, die er misschien niet zo happig op zullen zijn dat er midden in West-Europa, nota bene dan nog rond het hoofdkwartier van de NAVO, één of andere islamitische republiek zou ontstaan. Dat vooruitzicht alleen al zou voldoende moeten zijn om in Washington steun te krijgen voor het Vlaamse standpunt dat Brussel ook Vlaams is.