Mannen Zijn Slappe Zakken

Een van de geruchtmakendste boeken die dit jaar in het noordelijk deel der verdeelde Nederlanden verschenen zijn, is Slappe zakken van Astrid Theunissen. Uitgeverij Thomas Rap vat samen: “Journaliste Astrid Theunissen weet het zeker: de hedendaagse man wil wel seks, maar geen kinderen. Hij blijft het liefst zo lang mogelijk in alle rust spelen, met zijn gadgets en zijn vrienden. Maar vader worden? Hij kijkt wel uit om zijn vrije leven in de waagschaal te stellen voor een aandachtstrekkertje. Ondertussen tikt háár biologische klok onverstoorbaar door. Astrid laat het er niet bij zitten en gaat op zoek naar een vader voor haar onverwekte kind. En naar mogelijkheden om het alleen te doen – want hoe erg is dat nou eigenlijk, een kind van de spermabank?”

Uiteindelijk wordt bij Astrid een zoontje verwekt door een collega. Na de echografie besluit deze echter dat ze beiden verliefder zijn op hun gezamenlijke foetus dan op elkaar. Ze mag dus als “trotse alleenstaande moeder” verder door het leven. Ziedaar het moderne voortplantingswezen.

Na de seksuele revolutie zijn we op anderhalve generatie een heel eindweegs “terug naar de natuur” geëvolueerd. Mannetjes zijn weer helemaal jager, niet langer ingekerkerd in levenslange huwelijkstrouw. Niets breidelt nog de wedijver tussen winner- en loser-mannetjes, noch tussen jonge en oudere vrouwen. Alfamannetjes kunnen hun gang gaan met meerdere wijfjes, serieel of tegelijk. Zoals die collegevriend van me die als geslaagd zakenman vader is van acht kinderen bij vijf vrouwen. Eugenetici juichen dat toe: hoewel de volgende generatie onder slechtere opvoeding lijdt door afwezigheid van de vader, is zij in groter percentage de vrucht van de succesvolle mannetjes uit de huidige generatie.

In de nieuwe verhoudingen is de man weer vooral verwekker, niet zozeer opvoeder (tenzij dan tijdelijk van de kinderen van zijn nieuwe vriendin uit haar vorige relaatsie). Ofwel wil hij zich niet binden, ofwel ervaart zij hem als een hindernis voor wat de Flair haar “zelfontplooiing” noemt. Met eigen beroep en inkomen heeft zij hem niet nodig. Een beer die in de herfst zijn zeug(en) bevrucht, is er in de lente ook niet bij wanneer zij haar biggetjes werpt. Die beer, of stier, of hengst, “wil wel seks, maar geen kinderen”. Die hoeft hij ook niet te “willen”, zijn instinct doet immers het nodige, en het wijfje doet de rest.

Probleem is dat een volledige terugkeer naar het louter instinctieve minder dan ooit mogelijk is, nu de voortplanting kunstmatig beregeld wordt. Mannetjesdieren doneren hun zaad en kijken er verder niet naar om, mannetjesmensen daarentegen kunnen hun kinderbeluste wijfje onder druk te zetten om bevruchting te verhinderen. Dat mannetjes na de daad niet meer omkijken naar de resulterende jongen, is van alle tijden. Dat zij zich met hun kroost bemoeien om het talrijk en sterk te laten worden, is bij de homo sapiens ook al duizenden jaren gebruikelijk. Van aartsvader Jakob tot de oliesjeiks heeft de premoderne man altijd zijn rijkdom gebruikt om bij zijn vier vrouwen een zo groot mogelijk nageslacht voort te brengen. Dat mannen zich in deze zin met hun kroost bemoeien dat ze het willen voorkómen, is echter volstrekt nieuw.

Seksueel actieve heteromannen die kinderen weigeren, dat is een eigentijdse nieuwlichterij. Zelfs de bijbelse Onan, die voor het zingen de kerk uitging en daarmee het spreekwoordelijke rolmodel werd voor de man die seks wil zonder nageslacht, weigerde maar om bij Tamar kinderen te verwekken omdat die juridisch niet de zijne zouden zijn. Zij was de weduwe van zijn broer, en hun biologische kinderen zouden als kinderen van zijn broer gelden. Er is echter geen aanwijzing dat hij ook bij een andere vrouw geen kinderen zou gewild hebben.

Astrid is wel een aantal seksbereide maar verwekkingweigerende heteromannen tegenkomen. Niet te verwonderen, want ze zocht haar partners in Amsterdamse bars. Enkele serieuzere ex’en hebben op hun blog uitgelegd waarom ze met zo’n wispelturige vrouw niets duurzaams hebben willen opbouwen. Tja, een vrouw die mannen bekritiseert, wordt al gauw een “hysterische zeur” of een “del” genoemd.

Maar uit de overtalrijke reacties op haar boek blijkt wel dat haar ervaring die van vele vrouwen is. Eerst willen ze een carrière opbouwen, en wanneer de tijd begint te dringen en ze nog net een geschikte partner gevonden hebben, houdt hij hen aan het lijntje. Uit onderzoek zou blijken dat mannen de kinderwens van hun vrouw met gemiddeld zeven jaar kunnen vertragen. En onder ons gezegd, in mijn omgeving ken ik er ook een aantal, tot en met mannen die zich tegen de wil van hun vrouw hebben laten steriliseren.

Verklaringen? Uit een reactie in De Telegraaf: “Hoe geëmancipeerder de vrouw, des te meer verantwoordelijkheid krijgt de man toebedeeld met betrekking tot de kinderen. Dus met een Nederlandse vrouw wil een man natuurlijk geen kinderen. Met een oostblokvrouw, die alles doet in het huishouden én tussen de lakens, is een man veel sneller bereid tot kinderen.” Anders dan vroeger krijgen mannen te maken met vrouwen die “weigeren om vrouw te zijn”. Door dat als onnatuurlijk aangevoelde gedrag van de vrouw zou de man zich op zijn beurt tot onnatuurlijk gedrag laten brengen.

Maar zelfs de traditionele vrouw is hedendaagse mannen geen kind waard: “Wanneer ik in een relatie zit en mijn vriendin begint over kinderen dan zeg ik altijd: misschien... in de toekomst. Altijd uitstellen en er op het juiste moment tussenuit knijpen. (…) Kinderen maken mijn lekkere leven kapot. Ook financieel, want de vrouwen zitten liever thuis met een kind. En ik maar werken.”

Een lezeres merkt op: “Veel Nederlandse mannen blijven tot op hoge leeftijd grote kleuters. Dat is gewoon zo als je in je omgeving kijkt. Vele willen graag in een relatie doorleven als vrijgezel.” Ze willen de liefde van hun vrouw niet met kinderen delen, zoals een man openlijk toegeeft: “Jammer om mannen slappe zakken te noemen als je je zin niet krijgt. Vrouwen zijn dan net kinderen; ze krijgen hun zin niet en dan gaan ze lopen zeuren. Waarom is kinderen krijgen belangrijker dan je relatie? Juist door kinderen loopt de boel stuk.”

Op die retorische vraag, waarom kinderen belangrijker zijn dan een relatie, bestaat een antwoord: relaties komen en gaan, maar kinderen zullen rond je sterfbed staan. Daarom dat nogal wat carrièrevrouwen (door mannen als te sterk en te weinig beschikbaar gemeden) als minste kwaad bewust voor een anoniem donorkind kiezen. Want zelfs in volledig liefdeloze situaties, puur fysieke verwekking zonder liefdesband, is het loutere bestaan van een volgende generatie nog te verkiezen boven uitsterven.

Hoewel, zelfs de ingeboren drang tot soortbehoud wordt gecontesteerd: “Vrouwen blijven steken in oerinstincten als reproductie. Er zijn echter al meer dan genoeg soortgenoten op deze aardkloot. Een driewerf hoera voor de Nederlandse man dus, die de neigingen van holbewoners heeft weten te onderdrukken.”

Hoera voor de man die zijn vrouw in haar diepste wens teleurstelt? Daar dacht Zorba de Griek anders over: “God is heel goedertieren, Hij vergeeft alle zonden. Maar er is één zonde die hij niet vergeeft: als een vrouw je naar haar bed roept, en je gaat niet.”