Particratie Verpest Alles

Zoals u gisteren kon lezen interpreteer ik de zaak-Bouckaert als een uitwas van de particratie in ons land. Dat Boudewijn Bouckaert een loyale Vlaamse liberaal en democraat is, staat buiten kijf. Hij is zelfs Vlaamser, liberaler en democratischer dan het heersende triumviraat in de VLD. Partijen verdragen in ons land echter geen mondige partijleden die trouwer zijn aan de beginselen van de eigen partij dan de partijleiding. Dat geldt niet alleen voor de VLD, maar voor alle partijen. Denk maar aan wat met Jef Sleeckx gebeurde bij de SP.A, of met Johan Weyts bij CD&V.

Vandaag schrijft De Tijd dat Bouckaert uit het VLD-bestuur is gestapt omdat hij aan de vrijheid hecht om zijn mening te kunnen uiten: “Ik begrijp dat dit niet kan zonder de eendracht van de partij te verzwakken,” aldus Boudewijn. Politieke partijen zijn bij ons geen organisaties die een ideologische stroming vertegenwoordigen, maar het zijn – om de woorden van Filip Dewinter te gebruiken – “oorlogsmachines die erop gericht zijn de volgende verkiezingen te winnen.” Dewinter is veruit de beste politicus van Vlaanderen omdat hij in deze politieke oorlogsmentaliteit de beste strateeg is. Moest hij in een ander tijdperk geleefd hebben, dan was hij een Julius Caesar of Alexander de Grote geweest. In ons politiek bestel verwacht men van politici geen politieke visie, bestuurskwaliteiten noch ideologische overtuigingskracht, maar veldheerkwaliteiten.

In die mentaliteit van de politieke oorlog kan men geen onafhankelijke, vrije mensen gebruiken. Vandaar dat wie de vrijheid verlangt om zijn mening te kunnen uiten, de eendracht van de partij verzwakt. Ik heb lang gedacht dat die mentaliteit alleen in het VB heerste, waar men ze nog zou kunnen begrijpen gezien de omsingelingsmentaliteit die er heerst in een partij die door het regime zeer reëel naar het leven wordt gestaan. De affaire-Bouckaert bewijst dat de mentaliteit evenzeer leeft bij VLD en de andere partijen.

Omdat er in België evenmin een scheiding der machten bestaat, verpest de particratische oorlogsmentaliteit niet alleen het politieke leven, maar de hele samenleving. Naast de drie traditionele machten – wetgevende, uitvoerende en rechterlijke – wordt de pers wel eens de “vierde macht” genoemd. Indien ze dat werkelijk is, zou de regel van de scheiding der machten ook in hoofde van de pers moeten bestaan. Elk politieke bemoeienis met de media zou dan als even onbetamelijk beschouwd moeten worden als een politieke bemoeienis met de rechterlijke macht. Senaatsvoorzitter Annemarie Lizin schreef enige tijd geleden een brief naar een rechter met de vraag een zaak opnieuw te bekijken. In elk ander land zou een dergelijke bemoeienis tot haar ontslag hebben geleid. Niet zo bij ons. In Amerika en Groot-Brittannië had Lizin er definitief uitgelegen. Terecht. Politici mogen zich niet bemoeien met het gerecht. Punt.

Politici die trachten de pers te beïnvloeden, schenden de regels van de democratische samenleving en de scheiding der machten even fundamenteel. In feite had de bemoeienis van Verhofstadt en De Gucht om Luc Van der Kelen bij Het Laatste Nieuws weg te krijgen, eveneens hun politieke kop moeten kosten. Ik vraag me trouwens af of dit in de VS en Groot-Brittannië niet het geval zou zijn geweest. Politici mogen zich evenmin bemoeien met de media. Punt.

In ons land wordt de onafhankelijke pers voortdurend geïntimideerd, terwijl een ander deel der media zich gewillig tot een instrument van de particratische machtscenakels maakt. Terecht beklaagt Boudewijn Bouckaert zich over De Morgen omdat die een vuile rol heeft gespeeld in de strategie van de VLD-top om met hem af te rekenen. Eerder hebben Jef Sleeckx, Johan Weyts en zovele anderen hetzelfde meegemaakt. Ze werden door een bepaalde pers afgeschilderd als gefrustreerde zuurpruimen en vervolgens door hun partijen geliquideerd.

Omdat onze politici in een oorlogsmentaliteit leven die hen langzaam paranoïde maakt, hebben ze bovendien bijzonder lange tenen. Journalisten waarvan zij menen dat die tot het “bevriende kamp” behoren (of moéten behoren), mogen, evenmin als mondige partijleden of parlementaire backbenchers, een persoonlijke kritische mening uiten zonder dat dit beschouwd wordt als een kwaadwillige poging om de eendracht binnen de “oorlogsmachine” te ondermijnen. De Vlamingen klagen, terecht, over het gebrek aan vrije pers in Vlaanderen. Dit alles is echter evenzeer een gevolg van de particratie die het hele maatschappelijke leven verziekt. De particratie is het monster dat we moeten doden als we Vlaanderen de democratie en de vrijheid willen geven waarop wij recht hebben.