Ik Zal Niet Zwijgen

Ik wil opkomen voor mijn recht op het vrij uiten van mijn mening. Omdat ik merk dat bijna niemand dit nog durft. Dat ik mijn mening baseer op professionele ervaring lijkt me een meerwaarde en geen vorm van verraad aan mijn principes: een betere samenleving maar dan wel voor iedereen. Onder dit motto heb ik jaren gewerkt en schitterende resultaten behaald in de vorm van projecten die de onderlinge dialoog en beeldvorming ten goede moesten komen tussen de bevolkingsgroepen in Antwerpen.

Ik wil commentaar geven op de manier waarop er wordt omgegaan, op beleidsmatig vlak en binnen sommige moslimkringen, met de hedendaagse multiculturele realiteit. Ik aanvaard niet om op basis van mijn mening te worden ingedeeld in een of ander kamp, omdat dit leidt tot segregatie.

Net als de meeste Antwerpenaren ben ik alles behalve een racist. Maar daarmee sluit ik nog niet mijn ogen voor de realiteit van het samenleven in diversiteit. Wat ik zeg vinden vele Antwerpenaren ook. Gezien ik nu openlijk uitkom voor mijn overtuiging, durven ze me ook steeds vaker zeggen dat ik gelijk heb. Maar anderen vragen zich af of ik dit wel vrijuit kan blijven spreken. Ik hoor van menige kennis dat zij menen van niet omdat over islam en moslims niets gezegd mag worden wat negatief is. Dat is gevaarlijk want dan word je bedreigd.

Dat is waar ik tegen in opstand kom. Wat ik als mening mag verkondigen wordt bepaald door de wet, niet door moslims, die ik, getuige mijn eerdere artikels, scherp bekritiseer maar nergens beledig. Hetzelfde doe ik met islam als religie, en de maatschappelijke invloed hiervan. Dat is mijn recht. Evenals moslims het recht hebben op betogen tegen cartoons, commentaar te leveren op de dood van Theo van Gogh die “het”  zelf gezocht had met zijn grote bek, en op Ajaan Hirsi Ali. Tot op gisteren was die dreiging voor mij persoonlijk abstract. Sindsdien niet meer.

Moet ik aanvaarden dat niet langer de wet, maar de islam en sommige van zijn vertegenwoordigers bepalen wat ik wel of niet mag zeggen? Mijn loopbaan als “schrijfster” heeft een start genomen op de website van The Brussels journal. Dat is uiteraard niet over een nacht ijs gegaan. Paul Belien heeft met mij een aantal gesprekken gevoerd voor ik de uitnodiging ontving om eens wat te schrijven. Daarop ben ik ingegaan, omdat ik vind dat je niet uit angst voor dreiging moet zwijgen. En dat vind ik vandaag nog steeds, ondanks gisteren...

Uiteraard is er door allerlei mensen ook al vaak gepeild naar mijn politieke visie. Daar ben ik duidelijk in. Ik was lid van de Socialistische partij in Antwerpen, maar na de afschuwelijke behandeling door het stadsbestuur, dat doelbewust opzij blijft kijken voor een onterecht ontslag – het gevolg van het melden van een aantal verontrustende ontwikkelingen in mijn wijk – voel ik me bij links niet meer thuis.

Het ontbreekt aan realiteitszin bij links over de radikale moslimgroepen die in onze stad voet aan de grond krijgen. Enige socialistische instelling heb ik evenmin teruggevonden bij politici van de linkse partijen die ik naar aanleiding van mijn ontslag sprak. Hardnekkig, ondanks onderzoek door de commissie door ongewenst gedrag op het werk die de bevindingen van mijn werkgever duidelijk tegenspraken en een beslissing in mijn voordeel namen, blijft men beweren dat ik zelf schuld heb, vanwege een attitudeprobleem!

Uiteraard zoek ik naar middelen om de onrechtvaardigheid van mijn ontslag onder de aandacht te brengen. Media is er een van. Dat lijkt me ook normaal. Wie zijn werk, inkomen en reputatie verliest en kan aantonen dat dit onterecht is, vecht ervoor om van die blamage ontdaan te worden in de hoop dat toch iemand binnen de politiek de moed heeft eens mijn dossier in te kijken. Dit dossier laat duidelijk zien dat ik ontslagen werd op vraag van twee leidinggevenden, en dit op het moment waarop ik hen confronteer met pestgedrag en disfunctioneren, een conclusie die door de commissie voor ongewenst gedrag op het werk na ontslag en onderzoek ad hoc, bevestigd werd.

Mijn kritiek op de problemen die ik in de wijk zag betreffende het multiculturele samenleven werden niet ingegeven door enige politieke kleur! Ik ben geen kiezer van het Vlaams Belang, maar omdat ik een gesprek heb gehad met Filip Dewinter probeert men mij nu met alle macht in dit kamp te plaatsen. Dat stoort mij bijzonder. Ik zocht immers ook steun bij Monica De Coninck, Nahima Lanjri, maar niemand trekt hierbij de conclusie dat ik dus een socialist of katholiek zou zijn, waarom dan wel wanneer je een politicus spreekt van het Vlaams belang? Dat is gepaald een dubbele moraal!

Waarom sprak ik Dewinter? Omdat hij de enige politicus is geweest die, nadat ik de volledige gemeenteraad zowel de beslissing van de commissie voor ongewenst gedrag als mijn verdediging hierop had rondgestuurd via mail, een vraag wilde stellen naar de omstandigheden van mijn ontslag. De hele linkse vleugel reageerde niet. Het is dus in zekere zin het ontbreken van reactie van links die mij tot Dewinter bracht.

Wanneer de verkiezingen op komst zijn vraagt men zich steeds weer af wat mensen doet kiezen voor het Vlaams belang. Misschien kan mijn ervaring als voorbeeld dienen. Burgers kloppen met hun problemen aan bij deze partij omdat zij blauwe knokkels overhouden aan het kloppen op de deuren van linkse beleidsmensen die doodgewoon de realiteit negeren omdat die niet past in het plaatje waarop zij hun politieke standpunten baseren.

Iedereen die denkt buiten het opgedrongen kader van links, wordt een paria. En wijzen op de bestaande problemen met de oprechte bekommernis ze aan te pakken en tot een redelijkere en betere samenleving te komen, waarin iedereen zich thuis voelt – ook de bejaarde dame met haar subjectief onveiligheidgevoel of het kind dat niet mag spelen in het openbaar park omdat het eerst moet betalen aan een stel net iets oudere jongetjes van andere origine!

Binnen het opgedrongen kader van links worden deze en andere problemen van een multiculturele samenleving steeds stereotiep benaderd. Men stelt dat alle problemen steeds het gevolg zijn van discriminatie, racisme en uitsluiting. Bij die benadering stoort me vooral dat dit steeds een passieve rol legt bij doelgroepen die juist actief bijdragen tot het ontstaan van deze en andere problemen binnen de samenleving. Zoiets beweren is echter taboe-doorbrekend en blijkbaar zeer bedreigend voor wie zichzelf als links ziet.

Nochtans is dit voor mij een concrete vaststelling geweest. Ik stelde helaas vast dat geen enkel probleem binnen de multiculturele samenleving (van werkloosheid tot schooluitval en straatcriminaliteit – allemaal zaken waar iedere weldenkend mens bezorgd om zou moeten wezen) benaderd wordt vanuit een visie die oog heeft voor de actieve rol die doelgroepen spelen of die hen aanspreekt op hun verantwoordelijkheid. De houding van sommige migranten is de oorzaak van vele problemen waarmee zij te kampen hebben. Men moet dit onder ogen durven zien. Het gaat niet alleen om racisme, discriminatie en uitsluiting.

Wat mij als medewerker overkwam is een proces wat ook binnen de Antwerpse bevolking gebeurt. Wie wijst op problemen wordt in het rechtse kamp geduwd en is prompt “rechts!” Dat ben ik dus voor alle duidelijkheid niet, en volgens mij evenmin al die Antwerpenaren die voor het Vlaams Belang stemmen. Zij voelen zich in de steek gelaten door links dat doof blijft voor de maar al te vaak terechte verzuchtingen van mensen die geen villa in Toscane hebben. Gezien het gebrek aan respons bij links voor de problemen, komen mensen uit bij rechts omdat er geen alternatief is voor het linkse zwijgen en het stigmatiseren van wie, zoals ik, op de problemen wijst.

Daarmee wil ik niet de doelgroepen stigmatiseren. Wel wil ik wijzen op ieders verantwoordelijkheid. Er wordt veel te vaak en soms volledig onterecht in de rol van slachtoffer gekropen door wie in feite zelf actief problemen veroorzaakt en de status van slachtoffer gebruikt, een proces waar media onbedoeld aan meewerkt.

Concreet denk ik bijvoorbeeld aan de Antwerpse “stille mars” naar aanleiding van de te betreuren dood van een jonge man van Marokkaanse afkomst, maar waarbij tijdens het onderzoek op geen enkele wijze werd vastgesteld dat dit een racistisch moord betrof. De verwijten die tijdens die mars werden gemaakt, en die door de pers klakkeloos werden overgenomen, stonden in schrille tegenspraak met het onderzoek van de politie. Doet dit dan niet ten onrechte de hypothese groeien dat de Antwerpse politie een bak vol racisten is die welbewust feiten verdraait en geen deskundig onderzoek voerde? Werkt een dergelijke beeldvorming niet vooral de polarisatie in de hand tussen Marokkaanse jongeren en politie, een toch al gespannen relatie? Er zijn immers slechts twee mogelijkheden: Ofwel ging het om een racistische moord en dan is het onderzoek van politie een schande, ofwel klopte het onderzoek, maar wat deden dan al die duizenden mensen in die mars vol verwijten? Die mars werd trouwens gehouden nog voor het onderzoek werd afgerond. Dat was een bijzonder negatieve houding tegenover de Antwerpse politie. Zij werd al voor er een conclusie was negatief afgeschilderd.

Iedereen was geschokt door de duidelijk wel op racistische basis vermoorde kleuter en haar babysit van andere origine. Wie voelde niet mee met de Turkse vrouw die vanop een bank doodsimpel werd neergeschoten? Dat is blind en te bestrijden racisme, maar wat de dood van die Marokkaanse jonge man betreft, was het volkomen onterecht om op dat moment duizenden mensen op de been te brengen tegen het zg. racisme van de politie. Dat is in mijn ogen bijzonder negatief voor de relatie tussen politie en een groep jongeren van Marokkaanse origine. En volkomen onterecht tegenover de Antwerpse politie die, naar ik uit ervaring weet, bijzonder veel investeert in dialoog met jongeren op wijkniveau, een proces waarbij niet de politie maar Marokkaanse jongeren het laten afweten. Daarvoor heeft echter zowel de politiek als Vlaamse media geen belangstelling.

Ik zal schrijven zolang er iemand wil lezen. En mijn mening geven over zaken waar ik vanuit ervaring kan meepraten dankzij jarenlange contacten met zeer uiteenlopende levensovertuigingen en zeer diverse Antwerpenaren. Daarbij zal ik nooit beledigen, hoogstens provoceren binnen de ruimte die wettelijk mag en kan. Omdat dit mijn recht is, waarvoor ik blijf opkomen, tot er voldoende anderen dit doen.  

Bedankt

Welke politieke voorkeur je ook mag hebben: luister, zie en spreek (en daarbij wat nadenken kan ook geen kwaad).

Dreiging?

"Tot op gisteren was die dreiging abstract, sindsdien niet meer"

Waar slaat dit concreet op? Heb ik iets gemist?