“Relevant” godsdienstonderricht

Nooit zoveel reactie gekregen als na mijn stukje over de armzalige inhoud van de schoolonderricht katholieke godsdienst. Religie blijkt een erg gevoelig deel van het zelfbeeld der Vlamingen te zijn.

De meeste commentaren kwamen van ex-katholieken, veruit de meerderheid in het huidige Vlaanderen. Een aantal behoorde nog tot de oude school maar had ondanks een grondige vorming evengoed het geloof verloren. Vaak zitten ze met een trauma, zo wat als Jef Geeraerts die op zijn oude dag nog altijd tegen de jezuïeten van het college fulmineert. Sommigen pleiten voor een neutrale cursus levensbeschouwingen of voor de vervanging van de godsdienstles door extra uren geschiedenis. Anderen nemen het sportief op: áls er dan toch godsdienstles moet zijn, laat ze dan ernstig zijn, niet dat flutniveau van tegenwoordig.

Wat mij vooral getroffen heeft is echter de felheid van hun anti-katholieke animositeit, die had ik althans in deze lezerskring niet verwacht. Als symptoom van de voortschrijdende ontkerstening van Vlaanderen kan het wel tellen. De jonge generatie heeft die felheid niet meer, juist omdat haar blootstelling aan de katholieke “indoctrinatie” slechts zeer oppervlakkig geweest is; zij is al verder verwijderd van het katholieke verleden, en sommigen hebben er zelfs geen herinnering meer aan.

Enkele respondenten zitten op de lijn van zuildirectrice Mieke Van Hecke en proberen de uitholling van het godsdienstonderricht goed te praten. Hun eerste argument is dat je rekening moet houden met het toenemend aantal leerlingen van niet-katholieken huize. Wel, juist de leerlingen zonder katholiek engagement zullen het extra appreciëren als dit op school een gewoon doch volwaardig weetvak is, dat de “beleving” overlaat aan de buitenschoolse geloofsoverdracht in het gezin of de vormselcatechese. Zo kunnen vrijzinnigen en moslims afstand houden van een katholicisme dat ze kennen, liever dan van één dat ze niet kennen. Van geschoolde mensen mag je immers verwachten dat hun opinies op gedegen kennis gebaseerd zijn eerder dan op wazige indrukken of wilde geruchten.

Hun tweede argument, heel achterhaald progressief, is dat de lesinhoud “relevant” moet zijn. Goed dan, hier enkele tips voor leerkrachten om hun les relevant te maken. De actualiteit levert voortdurend stof tot discussie over de interactie tussen religie en samenleving. Bijvoorbeeld, de paus haalt het nieuws met zijn bedenkingen in Regensburg over de verschillende plaats van de rede in het godsbeeld van christendom en islam. Meteen twee belangrijke thema’s: de verhouding tussen rede en geloof, en die tussen de twee genoemde godsdiensten. Begin daarbij eerst en vooral met de echte uitspraken van de paus te lezen, niet de verdraaide mediaversie, dan oefenen de scholieren zich meteen in één van de basisbeginselen van kritische omgang met informatie.

Of neem nu de oorlog in Irak. Waarom heeft die vermaledijde paus zich uitgesproken tégen die oorlog? Leg daarbij de katholieke leer van de “rechtvaardige oorlog” uit, nu de inspiratiebron van de oorlogsconventies van Den Haag en Genève, maar van oorsprong een bij uitstek katholieke verwezenlijking, niet gegeven in de bijbel waarop onze protestantse buren zo gefixeerd zijn, maar de vrucht van de aangroeiende traditie, inz. Augustinus en Thomas van Aquino. Voor katholieken is de Traditie een volwaardige geloofsbron voortkomend uit de continue werking van de Heilige Geest. Maar voor de leerlingen van Mieke Van Hecke zal dat wel nieuws zijn. (Mijn vroegere lagere school is omgedoopt van Sint-Augustinusschool tot De Ark, een goed voorbeeld van de modieuze en lichtzinnige vervanging van een meesterdenker door een vertelseltje, van rede door sentiment, en van de Traditie door de Schrift.)

En nog over die oorlog: laat de leerlingen informatie bijeenzoeken over de Midden-Oosterse christenen, die door de beroering in ondermeer Irak en Libanon de regio massaal ontvluchten. Wat zijn trouwens de verschillen tussen hun (melkitische, maronitische enz.) kerkjes en de katholieke? Het heeft iets met doctrines over de Drievuldigheid te maken – wat is dat juist? Waarom drie goddelijke personen in plaats van één, zoals in de islam? Waarom überhaupt christen zijn en geen moslim? Waarom katholiek en niet protestant? Want op zulke vragen staan de leerlingen van Mieke Van Hecke vandaag hopeloos met de mond vol tanden. Nochtans biedt de “relevante” actualiteit voortdurend aanleidingen voor dit soort fundamentele vragen.

Of dichter bij huis, het supplément d’âme bij de verplichte lessen over veilig vrijen. Het hoe van seks kennen ze tegenwoordig uitstekend, maar wat anders zijn de W-vragen, zoals “met wie?” Waarop moet je letten bij partnerkeuze? Je hebt bv. van die tragische echtelijke breuken doordat de vrouw aan kinderen wil beginnen en de man er geen wil. Je vraagt je dan af: hadden ze niet van tevoren kunnen verifiëren dat ze over zulke gewichtige keuze op dezelfde golflengte zaten? Nee, want ze waren verblind door sentimentele onzin, genre “de liefde overwint alles”. Een hele literatuur, vandaag vooral in filmversie, leert hen immers dat je je gevoelens moet involgen zonder je door redelijke overwegingen te laten belemmeren. Dus hadden de ouderen, ook de godsdienstleraar, hun tijdig op het belang van zulke nuchtere aspecten van de paarvorming moeten wijzen.

Wat is het doel van het huwelijk, en waarom houdt de Kerk de heteroseksuele monogamie voor als norm? Wat komt de notie van “natuurwet” daarbij doen? Wat leren ons de ervaringen met de ondermijning van het gezin in de jongste halve eeuw over de wenselijkheid van de traditionele norm? Je mag het vervolgens met de katholieke leer oneens zijn, maar je moet hem tenminste kennen zoals hij is, niet de mediakarikatuur.

Wij hadden in de retorica een traditionalistische priester-leraar die het op zich nam om al het tijdverlies van de voorafgaande jaren goed te maken met een stoomcursus in de katholieke visie op de grote levensvragen. De gezinsvorming kreeg daarbij de gepaste aandacht, tot en met de naamkeuze voor de kinderen: “Tegenwoordig zijn er die hun dochter Cindy dopen. Van Cinderella! Dan heet dat kind Assepoester, asjeblief. Kies toch een naam met inhoud.” Gezien de huidige complete gekte bij de naamgeving is deze detailkwestie bij uitstek “relevant”.

Tot zover mijn antwoord op de reacties van de soft-katholieken: hun rechtvaardiging voor de verkleutering van het godsdienstonderricht bestaat uit slappe uitvluchten waarop een beetje simpele nuchterheid meteen afdoende antwoorden biedt. Over de ex-katholieken hebben we het volgende keer.

Het zou ook goed zijn om

Het zou ook goed zijn om ergens in het onderwijs aan te leren dat respect voor andermans geloofsovertuiging niet stopt bij de Islam. Het puberachtige Christendom-bashing begint fameus afgezaagd te worden. Het staat zo goed meneer, om zo genaamd kritisch te zijn. Zo lang we maar negatief kunnen zijn en naar de anderen wijzen. Die moeten wel durven! Echt straffe journalistiek.

Kennis over geloof

Al ben ikzelf geen katholiek, ik ben ervan overtuigd dat kennisoverdracht op school over de geloofsinhoud (in de plaats van een kameleonachtige en engagementsloze "beleving") de gelovige leerling meer antwoorden geeft op moeilijkere "waarom"-vragen waar die mogelijks mee worstelt. Hij/zij zal zich makkelijker als katholiek willen of durven affirmeren, en maakt ook meer kans om respect te krijgen van andersgelovigen, als die laatsten kennis hebben kunnen nemen van datgene waarin het katholicisme verschilt van andere levensbeschouwingen.

Goeie tekst weer van Koen Elst, vindt een andere voormalige Sint-Augustinusschool-leerling uit Kessel-City,

Brecht dS

Nagel.

Hoe is dat nu toch mogelijk?  Dit is alwéér de nagel op de kop.  Eerder dit schooljaar heb ik een Elst-tekst in een klas 4de jaars gebruikt.  Deze keer heb ik enkele aanverwante media op de hoogte gebracht van deze twee artikels.  Ik ben eens benieuwd of er gereageerd wordt, want dit lijkt me echt wel de moeite waard. 

Ik ben nu ook wel erg benieuwd naar het derde luikje.

mooie tekst #2

Inderdaad, weer een mooie tekst van KE.  De verhouding tussen rede en geloof behoort zeker tot de "belangrijke themas", maar is waarschijnlijk te moeilijk voor gewone 'scholieren'.  Behoort meer tot de eerste universiteitsjaren, na een degelijke inleiding tot filosofie. 

En het probleem van de "verkleutering" dat hangt direct samen met het alles-verslindende sentimentalisme in onze postmoderne samenleving.  Op dat punt denk ik dat er weinig verschil is tussen "soft katholieken", "ex katholieken", en gewone 'katholieken' m.b.t. een tekort aan "simpele nuchterheid".    Niettemin kijk ook ik uit naar het volgende stukje over de ex-katholieken.