Het Eindspel van een Verlamd Regime

Dit artikel werd geschreven door Willy De Wit.

Niettegenstaande er sterke krachten aanwezig zijn die het status quo van onze huidige staatsstructuur ten allen prijze willen handhaven, menen wij dat het ongewijzigd voortbestaan van ons huidig ondemocratisch regime niet mogelijk is en ten dode is opgeschreven. De crisis die wij thans doormaken is hopelijk het eindspel van een verlamd regime, en kan hopelijk het prille begin  zijn van een herrijzenis en heropstanding in een beter en leefbaarder staatsmodel, waar zowel Walen, Brusselaars en Vlamingen enorme voordelen zouden uit puren. In tegenstelling tot wat velen menenl  is   een degelijke staatshervorming geen taalkwestie, maar een economische kwestie. Hierna zeven, in hoofdzaak economische argumenten, die pleiten voor een grondige wijziging van onze onwerkbare en verlammende staatsstructuur. 

1. België: een verlamde Octopus

Een octopus heeft acht armen, wat hem toelaat optimaal te funtioneren en te overleven. Ons land heeft een veelvoud hiervan aan “armen en benen”, maar het grootste deel vertoont ernstige verlammingsverschijnselen. Ons land heeft:

  • 6 regeringen
  • 7 parlementen
  • 51 ministers en staatssecretarissen
  • 650 gemeentebesturen met evenveel burgemeesters
  • 3000 schepenen
  • een overlegcomité
  • een arbitragehof

De complexiteit is dusdanig, dat deze onvermijdelijk leidt tot chaos in de besluitvorming, tenminste als het al tot een besluitvorming komt. Heel dikwijls verdwalen voorstellen in het labyrint van de ingewikkelde structuren, of monden uit in een patstelling. In dit laatste geval, soms na maandenlange discussies en vergaderingen, met zeer duur betaalde politici en een leger bureaucraten, om uiteindelijk vast te stellen, dat men tot geen overeenstemming kan komen. Geen enkele politicus lijkt nog in staat klaar te zien in de doolhof van wie bevoegd is voor wat. Er zijn gevallen bekend, waarbij niet minder dan negen ministers moesten betrokken worden, om tot een beslissing te kunnen komen. Het kan alleen verbazing wekken, dat wij dit alles tot hiertoe hebben kunnen overleven. Maar hoe lang nog?

2. De verlamming is economisch van aard

Niettegenstaande die schijnbare regionalisering, hebben de regio’s bitter weinig bevoegdheden op economische gebied, juist daar waar regionale bevoegdheden het meest nodig zijn. De economische toestand in ons land verschilt inderdaad zeer sterk per regio. Goede oplossingen moeten dan ook per regio kunnen genomen worden, wat thans niet kan.

De belangrijkste economische bevoegdheden behoren nog altijd bij de Federale Regering. Zo kan een Regio zoals Vlaanderen geen beslissingen treffen inzake fiscaliteit. Vlaanderen kan bv.  de vennootschapsbelasting niet verlagen, alhoewel dit dringend nodig is. De regio’s hebben geen bevoegdheid over arbeidsmarktbeleid, ook niet over kinderbijslagen en werkloosheidsuitkeringen, evenmin als over de sociale zekerheid.  Op die manier kan Wallonië alle Vlaamse voorstellen eenvoudigweg blokkeren en wordt een efficiënt en dynamisch economisch beleid gewoonweg verlamd.

3. Onze  overheidsstructuur is gewoon onbetaalbaar geworden

België is de kampioen in de meest uitgebreide, logge en meest dure overheidsbureaucratie van gans Europa in vergelijking tot het aantal inwoners. In Nederland is circa 13% van de beroepsbevolking in dienst van de overheid. Voor ons land is dit: In Vlaanderen: 25,5%, in Wallonië: 39,1%, in Brussel: 38,3% (Bron: Manifest voor een zelfstandig Vlaanderen in Europa, blz. 41, denkgroep “In de Warande”).

Aan deze cijfers kan men zien dat er vooral in Wallonië en Brussel een enorme geldverspilling is aan overtollige overheidsbureaucratie

4. …en is  inefficiënt

Het World Economic Forum berekende de efficiëntie van het overheidsapparaat in 117 landen en kwam tot een onthutsend resultaat voor België: van de 117 geanalyseerde landen kwam België op de 115 e plaats. Tal van Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse landen doen het beter dan België. Volgens het Forum  is de efficiëntie van de overheid een van de vijf belangrijkste factoren, die het investeringsklimaat beïnvloeden (World competitiviness index 2005-2006).

Een studie van de Europese Centrale Bank (ECB) uit 2003 laat toe te berekenen, wat die inefficiëntie aan belastinggeld kost. Volgens de ECB heeft de Belgische overheid slechts een efficiëntie van 52% in vergelijking met de best presterende landen in de EU.  Vermits ons Bruto Binnenlands Product (BBP) een bedrag vertegenwoordigt van 313 miljard euro (cijfers Planbureau)  en 48% een verspilling uitmaakt wegens de inefficiënte werking betekent dit een post van maar eventjes 74 miljard euro, die elk jaar aan belastinggeld zou kunnen uitgespaard worden. Dit zou toelaten de belastingdruk ongeveer te halveren in ons land.

Dit is natuurlijk een maximalistische benadering en het zou al een goede prestatie zijn, indien  reeds de helft hiervan zou kunnen gerealiseerd worden.
 
5. De Waalse economische ideologie: oorzaak van werkloosheid en armoede

Welvaart en werkgelegenheid kunnen alleen gecreëerd worden door ondernemingen aan te trekken die bereid zijn in de regio te investeren. Een onderneming kan maar investeren, als zij winst mag maken. Ook is winst levensnoodzakelijk om diegenen te vergoeden, die hun spaargeld in het bedrijf hebben geïnvesteerd. 

Op 20 oktober 2005 verklaarde Elio Di Rupo aan het dagblad DE TIJD, dat hij het schandalig vond indien bedrijven méér dan 8% winst zouden maken (hij bedoelde op het geïnvesteerd kapitaal) . 

Even een korte berekening: gemiddeld herinvesteren de Belgische (genoteerde) bedrijven 2/3 van hun winst, en gaat het saldo, dus 1/3 naar de aandeelhouders, dit zijn dus diegenen die hun spaargeld in het bedrijf hebben belegd. Als een bedrijf slechts 8% winst mag maken en daarvan 1/3 aan de aandeelhouders uitkeert, dan is dit 2.66%. Daarvan dient bij de uitkering een belasting afgehouden van 25%. Dit geeft netto voor de aandeelhouder exact 2% rendement op zijn investering. Dit is minder dan op een spaarboekje. Maar wie wil zijn spaargeld risicovol beleggen in een bedrijf  aan een rendement van maximum 2%, terwijl hij op een volkomen  veilige manier bij de bank een spaarboekje kan nemen met een hogere opbrengst. En welk bedrijf wil zich in zulke regio gaan vestigen? 

Die ideologie van Di Rupo is geen alleenstaand feit.

Vorig jaar verklaarde een hooggeplaatste vakbondsvrouw van de Waalse socialistische vakbond: “Le patron, c’est l’ennemi”. (de ondernemer is de vijand).

Het is dan ook begrijpelijk dat die patroons liever niet in Wallonië  investeren.

Verder heeft Wallonië een slechte faam in verband met stakingen, wat zeker ook niet bevorderlijk is voor het aantrekken van ondernemingen. Het is dan ook geen wonder dat Wallonië kampt met een torenhoge werkloosheid, die dan wel door de Vlaamse belastingbetaler moet betaald worden. 

6. Onze echte werkloosheid: een goed verborgen geheim

In het dagblad “DE TIJD” van 6 oktober jl. (blz. 9) lezen wij dat de werkloosheidsgraad in ons land thans  7.2%  bedraagt van de beroepsbevolking. De cijfers zouden afkomstig zijn van het Planbureau, een overheidsinstelling. Wie echter de moeite doet om het jaarverslag van de RVA (Rijksdienst Voor Arbeidsbemiddeling)(2006) in te kijken, komt tot een andere en onthutsende vaststelling. De cijfers voor het totaal aantal steuntrekkers zijn  als volgt:

Vlaams Gewest: 630.284

Waals Gewest inclusief Duitstalige Gemeenschap: 451.690

Brussel: 121.343

Totaal: 1.203.317

Op een beroepsbevolking van 5.029.300 maakt dit  23,92% en niet 7,2%.

Bij die cijfers zou men nog moeten bijtellen: 111.000 bruggepensioneerden en 29.400 vrijgestelden. Dus ¼ van onze beroepsbevolking leeft van een uitkering en leeft dus van de steeds slinkende groep van werkenden, dus van de belastingbetalers. Een weinig rooskleurig vooruitzicht voor onze kinderen en kleinkinderen.

En waar zitten die 200.000 jobs van Verhofstadt?

Zoals wij reeds eerder in onze nieuwsbrief hebben gemeld, is uit een nauwkeurige analyse gebleken, dat dit geen echte jobs waren.  De twee componenten van de aangroei van de werkgelegenheid onder Verhofstadt waren enerzijds een aangroei van het ambtenarenbestand en anderzijds een aangroei van de personen met een RVA-uitkering.  In deze tweede groep ging het voornamelijk over loopbaanonderbrekingen en activeringsprogramma’s. De som van die twee programma’s is nagenoeg identiek aan de aangroei van de tewerkstelling. Die twee componenten worden grotendeels door belastinggeld bekostigd. Daardoor vernietigen zij eerder tewerkstelling dan deze te creëren. 

Waarom blijft die werkloosheid zo hoog?

Omdat de belastingdruk te hoog is, waardoor de netto lonen te laag liggen. Die 1.203.000 steuntrekkers hebben er geen belang bij te gaan werken, omdat het netto loon (dit is wat overblijft na belastingen) niet veel hoger is dan een werkloosheidsuitkering. Maar die te hoge belastingdruk is het gevolg van onze ingewikkelde, te dure, inefficiënte en verlamde staatsstructuur. Vandaar de hoogdringendheid van een grondige staatshervorming.
 
7. De perverse transfers: dit is een drug en geen solidariteit

Jaarlijks gaat er een geldstroom van Vlaams belastinggeld naar Wallonië en Brussel.  Volgens de cijfers van de denkgroep “In de Warande” bedroegen de cijfers voor 2003: 10,4 miljard euro, waarvan 8,1  miljard euro naar Wallonië en 2,3 miljard euro naar Brussel.

Met deze transfers bewijzen wij aan onze Franstalige landgenoten een zeer slechte dienst. Zij dragen er toe bij dat Wallonië geen stimulans heeft om over te schakelen op een economie van groei. Zij zouden dit nochtans gemakkelijk kunnen doen, door het creëren van een ondernemersvriendelijk klimaat en door het aanmoedigen van het privé-initiatief. Maar waarom zouden zij werken, als wij hen betalen om dat niet te doen?

Wie houdt een echte staatshervorming tegen?

  1. Wallonië ligt dwars en wenst het behoud van het status quo. Zolang hun werkloosheid betaald wordt door Vlaanderen hebben zij geen stimulans om hun economie te hervormen.
  2. De vakbonden liggen dwars, omdat hun fortuin en hun macht gebaseerd is op de huidige mastodont van onze overheidsbureaucratie. Indien die administratie afgeslankt, gezond en transparant gemaakt wordt,  vermindert vanzelfsprekend het aantal aangesloten leden bij de vakbonden en vermindert zowel hun financiële slagkracht als hun macht
  3. Maar velen zijn er ook van overtuigd, dat ook de drie traditionele partijen (CD&V, Spa en VLD) er alle belang bij hebben, dat de huidige toestand in grote lijnen blijft zoals hij nu is. Wat is de reden daarvoor? Al deze drie partijen verdelen al vele tientallen jaren de macht onder mekaar. Alle drie zijn ze innig verbonden met hun vakbond. Al vele decennia zijn zij samen met hun vakbond geïnfiltreerd in allerlei bureaucratische machtscenakels, zoals de administratie van de sociale zekerheid, de ziekenkassen, de OCMW’s, de intercommunales…. Dit betekent veel macht en veel geld. Het is dan ook bijna voorspelbaar  zowel CD&V als VLD haast alles zullen toegeven en hun eisen omzeggens volledig zullen laten vallen. Een grondige staatshervorming met een gezondmaking van de overheidsbureaucratie (met transparantie) zou wel eens een einde kunnen maken aan hun ongezonde machtspositie.

Die stelling werd Zondag 7 oktober bevestigd door Karel De Gucht (VLD) in de zevende dag op de Vlaamse Televisie (VRT). Hij verklaarde dat CD&V  en NV-A  grote toegevingen zullen moeten doen. VLD volgens hem niet, omdat deze partij geen hoge eisen gesteld heeft. Met dit laatste geeft hij toe dat zij geen echte staatshervorming nastreven. Ook Herman Van Rompuy schijnt niet enthousiast over een staatshervorming. Als Koninklijk verkenner heeft hij volgens het dagblad DE TIJD (6 oktober voorpagina)  de plannen voor een grote staatshervorming uitgegomd. Het dagblad schrijft: “CD&V heeft communautair een grote bocht genomen toen de partij een week geleden de nota van Van Rompuy heeft aanvaard. Die nota is grotendeels geschreven door cdH voorzitster Joëlle Milquet en houdt hooguit een ministaatshervorming in.”

Van Herman Van Rompuy had men dit kunnen verwachten. Als lid van de Kroonraad staat hij gekend als een royalist. Zijn prioriteiten liggen zeker niet in de economische belangen van Vlaanderen.

En de kiesbeloftes dan…?

Het verleden heeft al overduidelijk aangetoond, dat kiesbeloftes er alleen maar zijn om stemmen te  winnen, maar niet om gehouden te worden. Het is voor de drie grote politieke partijen, dan wel dansen op een slappe koord. Enerzijds aan de kiezer de indruk geven, dat zij hun uiterste best doen om tot een goede staatshervorming te komen en anderzijds er voor zorgen dat  er hoogstens een minihervorming zal uit de bus komen.   Men moet echt politieker zijn om dat te kunnen. ‘ne gewone mens zou daar meer last mee hebben.

Gaat de Vlaamse belastingbetaler dit blijven goedvinden?

Waarschijnlijk rekenen  de Waalse politieke partijen, zowel als VLD en CD&V erop, dat de Vlaamse kiezer voor de 38e maal zal toegeven en braafjes en onderdanig zal instemmen.  De Vlamingen hebben dit in het verleden  al 37 keer gedaan, waarom zouden ze dat nu ook niet doen. Nochtans, als de Vlaamse kiezer dit zou doen, dan ziet de toekomst voor hem als belastingbetaler er bijzonder slecht uit. Ook is een echte toekomst voor onze kinderen in dit land dan uitgesloten.

Ook bedankt voor het goede

Ook bedankt voor het goede artikel.

Ben je onder punt 1, een verlamde Octopus de provincies niet vergeten? Die zorgen voor ook heel wat nutteloze werkgelegenheid en het plaatsen van de partijvrienden.

Correct.

Een grotendeels correcte analyse, met voorbehoud op de transfers, waarvan de cijfers gegeven door een zgn "denkgroep" met de nodige voorzichtigheid moet benaderd worden.