263 € per Dag voor Gebabbel

Prof. Brice De Ruyver van de Universiteit Gent was de veiligheidsadviseur van Guy Verhofstadt, onze vorige premier. Hij leverde aan Vrhfsdt adviezen waarvoor diens kabinet tussen 2000 en maart 2008 in totaal 616.538,79 € betaalde. Ook dit jaar, tijdens de luttele elf weken dat Vrhfstdt zijn “interim-regering” leidde, werd nog 21.008,72 € aan “veiligheidsadviezen” betaald – de mooie som van gemiddeld 1.910 € per week of 263 € per dag.

Wat doet zo’n veiligheidsadviseur? Die vraag rees toen Prof. De Ruyver in De Zondag van 25 mei 2008 de loftrompet stak van het justitiebeleid van de nieuwe regering. Hij noemde de aanpak “innoverend” omdat men voortaan eerst “alles op een rijtje zet. Dat deed men niet in de vorige legislatuur.” Acht jaar lang kreeg de regering van De Ruyver dure adviezen, maar blijkbaar niet het elementaire advies om “alles eerst op een rijtje te zetten.”

Vandaar mijn schriftelijke parlementaire vraag aan de nieuwe premier, Yves Leterme, om te weten wat er in die veiligheidsadviezen van De Ruyver aan de eerste minister had gestaan. Leterme liet me weten dat hij het niet wist, want: “Deze adviezen waren bestemd voor mijn voorganger en zijn me niet overgemaakt.”

Omdat ik dit antwoord onvoldoende vond, besloot ik premier Leterme te interpelleren. Ik vroeg de premier:

“De adviezen waren niet bestemd voor de heer Guy Verhofstadt, als prive-persoon, maar voor de heer Verhofstadt in zijn functie van eerste minister. Daarom wil ik nogmaals mijn vraag herhalen of professor De Ruyver zijn adviezen aan de regering over het veiligheidsbeleid mondeling dan wel schriftelijk heeft gegeven, en wat de inhoud van deze adviezen was. Zo de inhoud van de adviezen vertrouwelijk zou zijn, vernam ik toch graag hoeveel bladzijden ze bedroegen zodat we ons enig idee kunnen vormen van de omvang der geleverde adviezen.
 
“Indien van deze adviezen op het kabinet van de eerste minister geen spoor is terug te vinden, kan ik enkel veronderstellen dat er (1) ofwel nooit adviezen zijn gegeven, (2) ofwel dat de heer Verhofstadt die adviezen heeft meegenomen. Indien de eerste minister meent dat er nog een derde mogelijkheid is, vernam ik graag welke dit dan wel kan zijn?”

Premier Leterme liet op 12 november in de kamercommissie doorschemeren dat de adviezen van De Ruyver aan Vrhfstdt vermoedelijk mondeling werden gegeven:

“Het inwinnen van een advies voor een eerste minister gebeurt in 90% van de gevallen mondeling. De veiligheidsadviseur van de heer Verhofstadt was de heer De Ruyver. Mijn veiligheidsadviseur, de heer Pim Vanwalleghem, is gedetacheerd door het parket van Brussel. Wanneer ik word geconfronteerd met een vraag in verband met het veiligheidsbeleid, dan bel ik de heer Vanwalleghem die mij zijn advies geeft. Ik veronderstel dat mijn voorganger ook op die manier werkte.
 
“Uit uw vraag maak ik op dat een advies voor u een werkstuk, een nota, een document betekent. Dat is helemaal niet het geval. Negentig procent van de tijd gebeurt dat mondeling. Nota’s en brieven die een veiligheidsadviseur opstelt blijven bewaard in de administratieve dossiers van de betrokken federale overheidsdienst. Het gebeurt dat de heer Vanwalleghem een dossier consulteert waarin hij een nota vindt van zijn voorganger. Die zitten verspreid over verschillende dossiers. De stukken die te maken hebben met het beleid zijn hoofdzakelijk te vinden in dossiers die hangend zijn of die berusten bij de Kanselarij.
 
“Wat de kosten betreft kan ik het volgende meedelen. De kosten die ik vandaag heb wegens het inwinnen van veiligheidsadvies bij de heer Vanwalleghem zijn minder hoog dan die bij zijn voorganger. Dat heeft waarschijnlijk onder meer te maken met het sociaal statuut van de betrokkene. Nog eens de heer Vanwalleghem is een gedetacheerd parketmagistraat en de heer De Ruyver werkte voor rekening van de Universiteit van Gent, zodat er kosten werden aangerekend door de Universiteit voor zijn expertise en voor verblijfs- en verplaatsingskosten van de heer De Ruyver bij zijn dienstverlening aan eerste minister Verhofstadt.”

Ook dit antwoord vond ik onvoldoende. De omvang van de door De Ruyver geleverde prestaties, o.a. ten bedrage van meer dan 20.000 € in de eerste 80 dagen van dit jaar, is nog altijd niet duidelijk. Die informatie behoort toch op de facturen te staan. Ik zei aan de premier:

“Normaal gezien, wanneer er een bedrag gefactureerd wordt – zeker wanneer dat door een instelling gebeurt zoals de Universiteit Gent; en professor De Ruyver is trouwens diensthoofd van zijn eigen departement – zal er toch minstens een schatting zijn van het aantal uren dat besteed is aan het geven van advies over bepaalde thema’s. Ik vind nog altijd dat u enige moeite zou moeten doen om de belastingbetaler duidelijk te maken waarvoor dat geld werd uitgegeven. Het is al te gemakkelijk om te zeggen dat er zoveel adviezen zijn zonder dat men er concreet een neerslag van heeft.”

Ik legde een motie van aanbeveling ter stemming voor waarin de regering werd gevraagd “met aandrang klaarheid te verschaffen omtrent vorm en inhoud van de adviezen van Brice De Ruyver aan de vorige premier, de heer Verhofstadt, en omtrent het nut van de besteding van het belastinggeld dat voor die adviezen is betaald.” De motie werd door de meerderheid verworpen.
 
Het parlement aanvaardt dat Guy Verhofstadt de voorbije acht jaar meer dan 616.000 € liet betalen voor veiligheidsadviezen aan Prof. De Ruyver, terwijl uit het antwoord van zijn opvolger Leterme valt af te leiden dat deze adviezen vermoedelijk vooral mondeling waren, vaak zelfs telefonisch, en dat men geen document kan of wil voorleggen waarin dit alles wordt begroot. Dure babbels waren het voor gemiddeld 263 € per dag.

 
Zie ook:

Zo Smeet Vrhfstdt met Uw Geld
, 16 oktober 2008

Strenge politieke etiek, onbuigzame gedragsregels, geen leugens.

Guy Verhofstadt:

-----
Een nieuwe politieke beweging

  • Wie zijn principes niet naleeft, gaat naar de hel.
    Friedrich A. Hayek

Een nieuwe breuklijn die op 24 november openscheurde,
dwingt tot hergroepering van de politieke krachten in Vlaanderen.
Tenzij we ons neerleggen bij het ekstremisme en de anti-politiek, is er
een wisseloplossing nodig voor de klassieke machts- en standenpartijen,
die de burger definitief hebben opgeofferd aan de eigenbelangen van de
drukkingsgroepen. Het moet een opbouwend en begeesterend alternatief
worden, sterk genoeg om de onbetaalbare en verstikkende macht van
kristen-demokraten en socialisten te doorbreken.

Een hergroepering rond de Vlaamse liberalen van al diegenen, binnen
of buiten de politiek, die opnieuw voorrang willen geven aan de burger,
is onafwendbaar. Het is precies omdat liberaal denkenden en
onafhankelijke demokraten in dit land over verschillende politieke
partijen verspreid zijn of gewoon buiten de politieke arena blijven
staan, dat de twee groten, de kristen-demokraten en de socialisten hun
macht en deze van hun ‘politieke concerns’ weten te behouden en
veilig stellen. willen we het travaillistisch konglomeraat van
belangengroepen dat thans aan het bewind is, doorbreken dan is er één
grote, liberaal geïnspireerde, demokratische en onafhankelijke partij
van de burger nodig. Een partij die de boodschap van 24 november
begrepen heeft. Die opnieuw écht aandacht wil besteden aan en
oplossingen wil zoeken voor de verzuchtingen en de verwachtingen van de
mensen.

Die partij moet een formatie zijn met een nieuw gelaat
en een open stijl. Met kongressen die voor iedere burger toegankelijk
zijn. Met verkiezingslijsten die door alle leden mee worden opgesteld
en goedgekeurd. Een partij ook die zich verbindt tot een strenge
politieke etiek, tot onbuigzame gedragsregels, die door de partij
onverbiddelijk op haar eigen mandatarissen worden toegepast en
afgedwongen. Onafhankelijkheid tegenover de zuilen, de pressiegroepen,
de grote syndicaten of patronale organisaties. Geen beheersposten in
parastatalen en overheidsbedrijven. Geen politieke benoemingen. Geen
kumul van politieke mandaten. Geen verrijking. Geen kliëntelisme. Geen
nepotisme. Geen leugens.
-----
(Guy Verhofstadt, De weg naar politieke vernieuwing. Het tweede burgermanifest, Antwerpen/Baarn: Hadewijch, 1992. 80 blz., ISBN 90-5240-187-X, slot.)

Tja.

Goed werk

Goed werk mevrouw Colen. Hoed af.

Ik vraag mij af wie dit soort praktijken systematisch onderzoekt (kan? wil? mag?).

@ Alexandra Colen

Als dit werkelijk officiële facturen van de universiteit waren had ik graag de officiële vergoeding van Brice De Ruyver voor die "prestaties" vernomen.

Het is hier een duidelijk geval van de "belgische" ziekte. Wie beschermt ons tegen onze "beschermers"?