Gezegende Ramadan!
From the desk of Koenraad Elst on Wed, 2010-09-01 22:31
Moeten wij alles goedkeuren omdat het nu eenmaal bij een religie behoort? Staan religieuze gebruiken boven het oordeel van de rede? De vraag stellen is ze beantwoorden. Beoordelen wij bijvoorbeeld eens vrijmoedig de islamitische vastenmaand.
De negende maand in het moslimjaar, Ramadan of eigenlijk Ramadhaan, is de vastenmaand: geen eten of drinken van zonsopgang tot zonsondergang. De naam betekent “hitte”, en in vrome predikingen legt men dat uit als de brandende zuivering die een maand van verstervingen bewerkt. Zoals het Sanskrit woord tapas, “hitte”, inderdaad ook “zelfkastijding” betekent. Maar een maand noemen naar de subjectieve ervaring van een religieus gebruik, is dat niet wat vreemd? Denkend aan termen als “hooimaand”, “oogstmaand” e.d., zou men eerder een verwijzing naar de jaarfase in de natuur verwachten, en daarom wordt Ramadan vaak uitgelegd als oorspronkelijk de naam van “kennelijk een zomermaand”, aldus Wikipedia. Als de Arabieren net als de Joden hun kalender baseerden op die van het eveneens Semitisch-sprekende Babylon, bakermat van de sterrenkunde, dan viel hun nieuwjaarsfeest na het begin van de herfst (net zoals de dag voor hen bij de vooravond begon), en dan omvatte de negende maand doorgaans de zomerzonnewende, in Arabië inderdaad schroeiend heet.
Er is echter een gegeven dat daartegen pleit. De islamitische tijdrekening begint met de hidjra, de “migratie” van Mohammed naar Medina in 622. Zijn aankomst in een voorstad van Medina viel op 8 Rabi’ al-Awwal, de derde maand, of 66 dagen na het nieuwjaarsfeest op 1 Muharram. Islamitische standaardwerken laten die datum overeenkomen met de Juliaanse datum 20 september, de nieuwjaarsdag dus met 16 juli, de zichtbare verschijning van de eerste nieuwe maan na zomerzonnewende. Het jaar beginnen in de zomer is wat ongewoon: zoals men naargelang de context de dag kan laten beginnen op de vooravond, om middernacht of bij dageraad, maar nooit ’s middags, zo zijn er kalendersystemen die het jaar laten aanvangen in het begin van herfst, winter of lente, maar nooit in de zomer. Eén uitzondering: de oudste Indiase kalender, een boerenkalender zonder sterrenkunde, begon het jaar met het regenseizoen (varsja, sindsdien ook een woord voor “jaar”), eind juni. Misschien is dat gebruik in het regen-arme maar nabije Arabië overgenomen?
In ieder geval viel Ramadan dan altijd ongeveer samen met onze maand maart. Christenen hielden dan hun vasten, maar ook de heidense Arabieren deden zoiets. Het was tijdens een vastenretraite in een grot buiten Mekka, in 610, dat Mohammed zijn eerste ingebeelde ontmoeting met de engel Gabriël had, begin van de Koran-“openbaring”. De keuze van het wintereinde als vastenmaand komt waarschijnlijk uit de antieke geneeskunde. Die schreef vastenkuren voor, niet als zelfkastijding maar als lichaamsreiniging, en merkte proefondervindelijk dat dit de geschiktste tijd van het jaar is. Hedendaagse kuurdokters vinden dat nog steeds.
De kalenderhervorming van Mohammed stuurde deze gezonde regeling echter in de war. De Ramadan en alle islamitische feesten zijn niet meer gekoppeld aan een bepaald jaargetijde maar trekken nu achterwaarts het hele zonnejaar rond, in een cyclus van ongeveer 33 jaar. Het begin van het eerste islamitische jaar viel ruim na zomerzonnewende, dat van het tweede, 12 maanomlopen (of 354,37 dagen) later, ook nog. In het derde jaar zou de nieuwe maan echter vóór de overeenkomstige hoofdpunt van het zonnejaar vallen. Wat men dan deed in de meeste antieke kalenders, was een schrikkelmaand inlassen (in het Engels a blue moon), een dertiende maand, om vervolgens het nieuwe jaar op zijn juiste tijd te laten beginnen. Met 7 extra maanmaanden per 19 zonnejaren kon men beide cycli duurzaam coördineren.
Maar toen greep Mohammed in: hij schafte in 624, in het vooruitzicht van wat de eerste schrikkelmaand van de moslimtijdrekening had moeten worden, de schrikkelmaand af. Omdat niet iedereen hem daarin volgde, zette hij dat later nog eens als “openbaring” in de Koran: "Het aantal maanden is bij God 12 maanden volgens de teboekstelling op de dag dat Hij de hemelen en de aarde schiep.(...) Het invoegen van een schrikkelperiode is enkel maar ongeloof waarmee zij die ongelovig zijn tot dwaling gebracht worden." (9:36-37)
Mohammed begreep blijkbaar de zeer elementaire sterrenkunde waarop zijn voorouders hun kalender gebaseerd hadden, niet. De enige werkelijk islamitische toevoeging aan de wetenschap is de domme vervanging van een realistische kalender door één die blind gefixeerd was op het symboolgetal 12, “het getal dat God heilig verklaard heeft”. Daardoor beweegt het islamitisch maanjaar jaarlijks ongeveer 10,87 dagen achteruit ten opzichte van het zonnejaar (365,24 dagen). En daardoor valt de vastenmaand soms in volle zomer, wanneer het zeer ongezond is om een bloedhete dag lang niets te drinken.
Ramadan is ongezond. Op zich is een collectieve vastentijd een prachtige uitvinding: de democratisering van de ascese, anders het monopolie van monniken, in een haalbare gematigde dosis. Maar wat de islam ervan maakt, is welhaast het tegendeel. ’s Morgens verwaarlozen moslims hun normale routine om zich vol te proppen, ’s middags werken ze zich in het zweet zonder hun lichaamsvochtigheid op peil te houden, en vlak voor het slapengaan schransen ze zich nog eens vol. Terwijl kuurdokters erop hameren dat je met een lege maag moet gaan slapen.
Kortom, de Ramadan is onwetenschappelijk en ongezond. Het is onzin om moslims een fijne Ramadan toe te wensen, zoals een Belgisch overheidsbedrijf doet. Wel kan je hen een spoedig en weldoend einde van de Ramadan toewensen. En beter nog, de algehele vervanging van de Ramadan door een gezondere en meer wetenschappelijk getimede versterving.
vasten
Submitted by Cogito on Thu, 2010-09-02 19:30.
Ik heb altijd gedacht dat de oorsprong van de vasten het feit was dat tegen het einde van de winter doodeenvoudig de wintervoorraden opraakten en men nog weinig eten overhield cq de noodzaak om zeer zuinig om te springen met eten voelde.