Acht Maanden Na De Verkiezingen - Een Politieke Analyse

Als betrokken en objectieve waarnemer slingerden we de afgelopen acht maanden permanent tussen hoop en wanhoop. Kwam die beloofde grote staatshervorming er nu eindelijk, en zo ja, hoe groot zou die dan zijn? 

Volgens sommigen zou die staatshervorming zeer ver gaan, volgens anderen zou het maar een mager beestje zijn. Toegegeven, voor de kiezer is het niet gemakkelijk om een juist beeld te krijgen van wat er precies op de tafel lag, en waarover er een akkoord bestaat of bestond. Is de genoemde perimeter met (ruime) bevoegdheden op zich slechts een moeizaam akkoord over de vraag wat maximaal bespreekbaar of onderhandelbaar is, of is die reeks bevoegdheden al definitief verworven voor de gewesten en de gemeenschappen? Quid met de financiële middelen die worden overgedragen? Sommige partijen spreken over een pakket van 16 miljard euro, waarvan 5 tot 6 miljard euro voor de kinderbijslag. Maar wat is de beleidsruimte voor de deelstaten na zo’n overdracht? Wie dieper in de dossiers duikt, stelt vast dat met elke bevoegdheidsoverdracht de beleidsruimte sterk beperkt blijft, en in sommige gevallen zelfs onbestaande is. Zo evolueren de deelstaten naar een uitbetalingsloket in plaats van naar een beleidsniveau waar een aangepast beleid kan gevoerd worden. Kort samengevat: dit soort staatshervorming schiet haar doel voorbij!

In de feiten blijkt dus dat er ten opzicht van 2007 niet veel veranderd is. Eindeloze gesprekken tussen Franstaligen en Vlamingen, een perimeter met bevoegdheden die steeds kleiner wordt, geen echte fiscale autonomie en dus geen responsabilisering. De Franstaligen zijn van meet af aan voor het status quo gegaan en hebben de Vlamingen - met de N-VA op kop - in eindeloze onderhandelingen gelokt. 

Anderen zeggen dan, verwijzend naar de verschillende nota’s van de diverse koninklijke bemiddelaars, dat we het momentum gemist hebben. Dat momentum zou zich volgens de enen in september 2010 gesitueerd hebben, volgens de anderen op 5 januari 2011. Ik ben ervan overtuigd dat het momentum al sinds eind juni 2010 voorbij is, en dat de N-VA hiervoor een grote verantwoordelijkheid draagt of minstens de Belgische machtsmechanismen grondig heeft onderschat.

In feite werden de kiemen van de mislukking al gezaaid tijdens en kort na de verkiezingscampagne. De campagne was zeer succesvol met betrekking tot het genereren van een zeer groot aantal stemmen, maar beperkte tegelijkertijd de bewegingsruimte van de N-VA. Ik som enkele bedenkingen op.

  • Zo positioneerde de N-VA zich strategisch tussen de CD&V en het Vlaams Belang, maar vertelde zij nooit hoe zij de Franstaligen dacht te kunnen overtuigen om akkoord te gaan met een Copernicaanse revolutie. Een stem op de N-VA was een voldoende groot signaal aan de Franstaligen, zo klonk het.
  • Met 30% van de stemmen kon Bart De Wever het natuurlijke leiderschap van alle V-partijen opeisen. Hij negeerde echter de andere twee V-partijen hooghartig. Nochtans hebben die drie partijen bijna 45% van de stemmen in Vlaanderen. In de senaat missen ze samen op een haar na de meerderheid in de Vlaamse taalgroep. Enig discreet diplomatiek overleg met de andere V-partijen, gekoppeld aan het euforische moment dat alle Vlaamsgezinden met elkaar deelden, hadden De Wever en zijn partij kunnen verzekeren van hun steun. Een historisch moment werd hier gemist; tactische redenen haalden het op  een strategie voor de lange termijn. De Franstaligen en de Vlaamse linkerzijde zouden even moord en brand geschreeuwd hebben, maar zouden onmogelijk lange tijd een Vlaamse alliantie met 45% van de stemmen kunnen negeren. 
  • De keuze om de SP.A bij de onderhandelingen te betrekken was fout. Die keuze miskende de rechtse onderstroom in Vlaanderen en gaf de PS een belangrijke politieke stoorzender in Vlaanderen.
  • De N-VA ging ermee akkoord dat het klassieke Belgische overlegmodel behouden bleef. Daardoor kon die partij probleemloos geïsoleerd worden in een spel van zeven partijen.
  • De N-VA aanvaardde de rol van de Koning in dit politieke spel, waardoor ze als grootste partij geen enkel initiatief kon of mocht nemen. De gewenste Copernicaanse omwenteling heeft geen bondgenoten in Laken!
  • Aan de onderhandelingstafel aanvaardde de N-VA dat het Frans de voertaal bleef. Kon men na 180 jaar Franstalig superioriteitsgevoel echt geen ander signaal geven dan dit? 
  • Er werd – in tegenstelling tot de verkiezingsbelofte – publiek en intern geen duidelijke deadline voor de onderhandelingen gesteld. Het was dan wel geen kastelentocht zoals in 2007, maar het netto-resultaat is op vandaag even onbestaand als voorheen.
  • De stok van de “onafhankelijkheid” werd nooit gebruikt, naar verluidt omdat de partij hiervoor geen mandaat van de kiezer heeft gekregen. Dit klopt, maar suggereren dat bij het uitblijven van een grote staatshervorming die expliciete vraag aan de kiezer zou gesteld moeten worden, kan de druk op de Franstaligen verhogen. 

Als we straks toch met zijn allen opnieuw naar de stembus moeten, kunnen we als Vlaamse publieke opinie alleen om duidelijkheid vragen omtrent de finaliteit van de nieuwe onderhandelingen en de methode om hiertoe te komen. Een nieuw – versterkt - signaal van de Vlaamse kiezer zal deze keer niet voldoende zijn. Het moet meer zijn!

@ Willem Van Den Berghe

De bewuste keuze van BDW om geen rekening te houden met (de kiesresultaten van) het Vlaams Belang, dwingt de Vlamingen in een minderheidspositie. "Negeerde hooghartig" is een understatement voor "niet slim".

Nieuwe verkiezingen? Na de vorige ongrondwettige? "Ze doen maar..." Maar niet schrikken dat het dan weer niet lukt. Zo kunnen we nog wel een tijd bezig blijven, maar de rek in de grondwet is niet eindeloos.

Een mens zou nondedju moeten hopen dat hier de (moslim?)meerderheid eindelijk eens wat straatprotest in gang zet. Op 14 dagen tijd en (minder dan) 100 doden later is onze dictator ongetwijfeld ook vertrokken!

@ traveller

BDW is geen van beide.

Een tacticus moet weten wat hem te doen staat, als er iets te doen is.

Een strateeg moet weten wat hem te doen staat, als er niets te doen is.

(Sawielly Tartakower, schaakgrootmeester)

@ WVDB

Zeer goed gezien.

Ik heb dezelfde gedachte sinds juni 2010 zodra ik van de belgische verdamping hoorde.

BDW is een tacticus, geen strateeg.

Nagels met koppen moeten er komen met een duidelijke planning en procedure, en hier verwijs ik naar het artikel van Pierre Saelen, waar onze "intelligentsia" nog niet op heeft geantwoord.

De kritiek op de NV-A strategie is genoegzaam bekend, nu een operatieve strategie aub.